ECLI:NL:RBDHA:2024:11375
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet-tijdige beslissing op asielaanvraag en verzoek om proceskostenvergoeding
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijk beroep van een verzoeker tegen de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. De verzoeker had op 11 april 2024 beroep ingesteld omdat de verweerder niet tijdig had beslist op zijn asielaanvraag. Op 24 april 2024 heeft de verweerder alsnog een beslissing genomen, waarna de verzoeker het beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit heeft ingetrokken. De verzoeker heeft de rechtbank verzocht om de verweerder te veroordelen in de proceskosten.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de verweerder aan de verzoeker tegemoet is gekomen door alsnog een besluit te nemen. Gelet op de omstandigheden heeft de rechtbank de verweerder veroordeeld in de proceskosten die de verzoeker heeft gemaakt. De kosten zijn vastgesteld op € 437,50, gebaseerd op het Besluit proceskosten bestuursrecht. De rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep van licht gewicht is, aangezien het enkel gaat om de vraag of de beslistermijn is overschreden.
De uitspraak is gedaan door rechter R.J.A. Schaaf, in aanwezigheid van griffier D.D. Bijlhout, en is openbaar uitgesproken op 1 juli 2024. De verzoeker is geïnformeerd over de mogelijkheid om in verzet te gaan tegen deze uitspraak binnen zes weken na verzending.