In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Den Haag het beroep van een Nigeriaanse eiser tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag door de minister van Asiel en Migratie. Eiser, geboren op een onbekende datum, heeft op 28 juli 2022 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, welke op 7 mei 2024 door de minister als ongegrond is afgewezen. De rechtbank heeft het beroep op 29 juli 2024 behandeld, samen met het beroep van de echtgenote van eiser en hun kinderen, en heeft het onderzoek ter zitting gesloten.
De rechtbank concludeert dat het asielrelaas van eiser, dat onder andere problemen met de cults Black Axe en Supreme Eiye omvat, ongeloofwaardig is. Eiser heeft verklaard dat hij in 2010 gedwongen werd om lid te worden van Black Axe en dat hij verwondingen opliep toen hij dit weigerde. Echter, de rechtbank oordeelt dat de verklaringen van eiser tegenstrijdig en vaag zijn, en dat hij niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij bij terugkeer naar Nigeria een reëel risico loopt op ernstige schade. De minister heeft bovendien vastgesteld dat de kinderen van eiser niet besneden zijn en dat er geen bewijs is dat zij bij terugkeer in Nigeria een risico lopen op genitale verminking.
De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de afwijzing van de asielaanvraag door de minister. Eiser krijgt geen vergoeding van zijn proceskosten. Deze uitspraak is gedaan door mr. A.G.D. Overmars, rechter, en openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.