ECLI:NL:RBDHA:2024:12771
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet tijdig beslissen op asielaanvraag; beroep niet-ontvankelijk
In deze zaak heeft eiser op 14 maart 2024 beroep ingesteld tegen het niet-tijdig beslissen op zijn asielaanvraag, die op 9 augustus 2023 was ingediend. De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. De rechtbank heeft vastgesteld dat de wettelijke beslistermijn van zes maanden voor de asielaanvraag van eiser op 9 februari 2024 zou eindigen. Echter, met de inwerkingtreding van de WBV 2023/3 is deze termijn verlengd met negen maanden, waardoor de nieuwe einddatum op 9 november 2024 ligt. De rechtbank heeft eerder geoordeeld dat deze verlenging rechtsgeldig is, en dat op het moment van de ingebrekestelling op 14 februari 2024 de beslistermijn nog niet was verstreken. Hierdoor was de ingebrekestelling te vroeg ingediend, wat leidt tot de conclusie dat het beroep van eiser tegen het uitblijven van een besluit op zijn asielaanvraag kennelijk niet-ontvankelijk is. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling en heeft het beroep niet-ontvankelijk verklaard.