ECLI:NL:RBDHA:2024:1604
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Weigering WIA-uitkering op basis van medisch onderzoek en arbeidsongeschiktheid
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 15 februari 2024 uitspraak gedaan in een geschil tussen eiseres, een huishoudelijke hulp, en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen. Eiseres had een WIA-uitkering aangevraagd, maar deze was door verweerder geweigerd op basis van het oordeel dat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt was. Eiseres had zich op 2 december 2020 ziekgemeld en had op 8 september 2022 een aanvraag voor een WIA-uitkering ingediend. De verzekeringsarts had haar medisch onderzocht en vastgesteld dat zij beperkingen had, maar dat deze niet zodanig waren dat zij recht had op een uitkering. Eiseres voerde aan dat haar klachten, waaronder het syndroom van Tietze en fibromyalgie, haar belemmerden in het uitvoeren van de geduide functies. De rechtbank oordeelde dat het medisch onderzoek zorgvuldig was uitgevoerd en dat de verzekeringsartsen voldoende rekening hadden gehouden met de klachten van eiseres. De rechtbank concludeerde dat er geen reden was om te twijfelen aan de geschiktheid van eiseres voor de geduide functies en dat verweerder terecht de WIA-uitkering had geweigerd. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard.