Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam] ,
[naam] ,
Procesverloop
Overwegingen
€ 437,50 (1 punt voor het indienen van het beroepschrift, met een waarde per punt van
€ 875,- en een wegingsfactor 0,5). Ook moet de minister het griffierecht aan eisers vergoeden.
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het, met een besluit gelijk te stellen, niet tijdig nemen van een besluit;
- draagt de minister op om vóór 30 december 2024 alsnog een besluit op de aanvraag bekend te maken;
- bepaalt dat de minister aan eisers gezamenlijk een dwangsom van € 100,- moet betalen voor elke dag waarmee hij de hiervoor genoemde termijn overschrijdt, met een maximum van € 7.500,-;
- stelt de hoogte van de door de minister aan eisers gezamenlijk verschuldigde dwangsom als bedoeld in artikel 4:17 van de Awb vast op € 1.442,-;
- draagt de minister op het betaalde griffierecht van € 187,- aan eisers te vergoeden;
- veroordeelt de minister in de proceskosten van eisers gezamenlijk tot een bedrag van € 437,50.
F.Q. Peters, griffier en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.