Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[naam], eiser V-nummer: [nummer]
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende een asielaanvraag. Verzoeker, vertegenwoordigd door mr. F.A. van den Berg, heeft op 31 maart 2023 beroep ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op zijn asielaanvraag, die op 22 maart 2022 was ingediend. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, als verweerder, heeft op 20 oktober 2023 besloten om de asielaanvraag van verzoeker in te willigen. Na dit besluit heeft verzoeker zijn beroep ingetrokken en verzocht om vergoeding van de proceskosten.
De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting. De rechtbank heeft het verzoek om proceskostenvergoeding als kennelijk gegrond toegewezen. De proceskosten zijn vastgesteld op € 418,50, gebaseerd op de door een derde verleende rechtsbijstand. De rechtbank heeft de wegingsfactor 'licht' toegepast, omdat het beroep enkel betrekking had op het niet tijdig nemen van een besluit door de verweerder.
De beslissing van de rechtbank houdt in dat de verweerder in de proceskosten van verzoeker wordt veroordeeld tot het genoemde bedrag. Dit is in overeenstemming met de artikelen 8:75 en 8:75a van de Awb, die de veroordeling in proceskosten regelen. De uitspraak is gedaan door mr. A.C.J. van Dooijeweert, rechter, en is openbaar gemaakt door middel van een geanonimiseerde publicatie.