Uitspraak
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen
[verzoeker], verzoeker
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
Op 17 oktober 2024 heeft de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening in het bestuursrecht, specifiek het vreemdelingenrecht. De zaak betreft een verzoeker wiens asielaanvraag niet in behandeling is genomen door de minister van Asiel en Migratie, omdat Duitsland verantwoordelijk is voor de behandeling van de aanvraag. Dit besluit werd genomen op 2 september 2024. Op 3 september 2024 werd de overdrachtstermijn naar Duitsland verlengd, omdat de verzoeker met onbekende bestemming was vertrokken.
De verzoeker heeft tegen deze besluiten beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft de zaak zonder zitting behandeld op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb). Tijdens de mondelinge uitspraak op 17 oktober 2024, werd vastgesteld dat er eerder al een uitspraak was gedaan op de beroepen, waardoor een voorlopige voorziening niet meer nodig was. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening dan ook afgewezen.
Daarnaast is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. A.J. de Danschutter, in aanwezigheid van mr. S. Mohandes als griffier, en is openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.