Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam], eiser,
de minister van Asiel en Migratie, de minister,
Procesverloop
Overwegingen
Als de rechtbank van oordeel is dat de toepassing of tenuitvoerlegging van de maatregel van bewaring in strijd is met de Vreemdelingenwet dan wel bij afweging van alle daarbij betrokken belangen in redelijkheid niet gerechtvaardigd is, verklaart zij op grond van artikel 96, derde lid, van de Vw het beroep gegrond en beveelt zij de opheffing van de maatregel of een wijziging van de wijze van tenuitvoerlegging daarvan.
22 oktober 2024. Daarnaast heeft de minister drie vertrekgesprekken met eiser gevoerd, laatstelijk op 29 oktober 2024. Verder heeft de minister de zaak van eiser op 4 oktober 2024 in persoon met het consulaat besproken. Ter zitting heeft de gemachtigde van de minister toegelicht dat een presentatie voor eiser gepland staat op 12 november 2024 en dat de consul van Marokko de pasfoto van eiser te veel vond afwijken van de foto die bij de lp-aanvraag is meegestuurd en dat daarom deze presentatie is gepland. Deze gang van zaken acht de rechtbank voldoende voortvarend.
10 september 2024. De identiteit van eiser is nog niet bevestigd door de Marokkaanse autoriteiten. Op 12 november 2024 staat een presentatie gepland bij de Marokkaanse autoriteiten. De rechtbank overweegt tot slot dat als eiser niet meewerkt aan de presentatie, hiermee niet is gezegd dat geen lp aan eiser zal worden verstrekt. De rechtbank overweegt dat er geen aanknopingspunten zijn dat Marokko in het algemeen weigert lp’s te verstrekken of dat voor eiser in het bijzonder geen lp zal worden afgegeven.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.