ECLI:NL:RBDHA:2024:19435

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
21 november 2024
Publicatiedatum
25 november 2024
Zaaknummer
NL24.43743
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag op grond van Dublinverordening

Op 21 november 2024 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak van een verzoeker die een voorlopige voorziening vroeg in verband met zijn asielaanvraag. De verzoeker had op 6 november 2024 een besluit ontvangen van de minister van Asiel en Migratie, waarin zijn asielaanvraag niet in behandeling werd genomen omdat Duitsland verantwoordelijk was voor de behandeling van de aanvraag. De verzoeker ging tegen dit besluit in beroep en vroeg de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld zonder zitting, op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

Uitspraak

Uitspraak buiten zitting

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Middelburg Bestuursrecht zaaknummer: NL24.43743
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[verzoeker] , verzoeker,

V-nummer: [V-nummer]
(gemachtigde: mr. F.J.M. Schonkeren), en
de minister van Asiel en Migratie, voorheen de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 6 november 2024 (het bestreden besluit) heeft verweerder de asielaanvraag van verzoeker niet in behandeling genomen op de grond dat Duitsland verantwoordelijk is voor de behandeling daarvan.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Verzoeker heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
In deze uitspraak beslist de voorzieningenrechter op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoeker. De voorzieningenrechter doet uitspraak zonder zitting op grond van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).

Overwegingen

1. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL24.43742 , heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Het beroep is ongegrond verklaard. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
2. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan op 21 november 2024 door mr. M.L. Weerkamp, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van A.S.J.I. Hendrickx, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op
www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.