Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.De bewijsbeslissing
[adres 4] te Zoetermeer, waar deze tot ontploffing is gekomen, waardoor goederen en/of personen in gevaar zijn gebracht, subsidiair ten laste gelegd als een openlijke geweldpleging.
bij een woning gelegen aan de [adres 2]door een brandbom, bestaande uit een stuk vuurwerk (model Cobra) en een petfles gevuld met ontbrandbare vloeistof, aan te steken en tot ontploffing te brengen, terwijl daarvan
bij een woning gelegen aan de [adres 3]door een brandbom, bestaande uit een stuk vuurwerk (model Cobra) en een petfles gevuld met ontbrandbare vloeistof, aan te steken en tot ontploffing te brengen, terwijl daarvan
4.De strafbaarheid van het bewezenverklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
6.De op te leggen straffen en maatregel
7.De vordering van de benadeelde partij en de schadevergoedingsmaatregel
8.De toepasselijke wetsartikelen
9.De beslissing
jeugddetentievoor de duur van
120 (HONDERDTWINTIG) DAGEN;
79 (NEGENENZEVENTIG) DAGENniet ten uitvoer zal worden gelegd onder de algemene voorwaarde dat de veroordeelde zich voor het einde van de hierbij op
twee jarenvastgestelde proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
taakstraf, bestaande uit een
werkstraf, zijnde het verrichten van onbetaalde arbeid, voor de duur van
100 (HONDERD) UREN;
50 (VIJFTIG) DAGEN;
[naam 1]gedeeltelijk en hoofdelijk toe tot een bedrag van € 3.000,-, bestaande uit immateriële schade, en veroordeelt de verdachte dit bedrag, vermeerderd met de gevorderde wettelijke rente daarover vanaf 16 oktober 2023 tot aan de dag waarop deze vordering is voldaan, te betalen aan [naam 1] ;
[naam 2]gedeeltelijk en hoofdelijk toe tot een bedrag van € 3.000,-, bestaande uit immateriële schade, en veroordeelt de verdachte dit bedrag, vermeerderd met de gevorderde wettelijke rente daarover vanaf 16 oktober 2023 tot aan de dag waarop deze vordering is voldaan, te betalen aan [naam 2] ;
[naam 3]gedeeltelijk en hoofdelijk toe tot een bedrag van € 3.000,-, bestaande uit immateriële schade, en veroordeelt de verdachte dit bedrag, vermeerderd met de gevorderde wettelijke rente daarover vanaf 16 oktober 2023 tot aan de dag waarop deze vordering is voldaan, te betalen aan [naam 3] ;
[naam 4]gedeeltelijk en hoofdelijk toe tot een bedrag van € 1.500,-, bestaande uit immateriële schade, en veroordeelt de verdachte dit bedrag, vermeerderd met de gevorderde wettelijke rente daarover vanaf 16 oktober 2023 tot aan de dag waarop deze vordering is voldaan, te betalen aan [naam 4] ;
[naam 5]gedeeltelijk en hoofdelijk toe tot een bedrag van € 1.500,-, bestaande uit immateriële schade, en veroordeelt de verdachte dit bedrag, vermeerderd met de gevorderde wettelijke rente daarover vanaf 16 oktober 2023 tot aan de dag waarop deze vordering is voldaan, te betalen aan [naam 5] ;
[naam 6], hoofdelijk toe tot een bedrag van € 3.694, bestaande uit € 694,- aan materiële schade en € 3.000,- aan immateriële schade, en veroordeelt de verdachte dit bedrag, vermeerderd met de gevorderde wettelijke rente daarover vanaf 16 oktober 2023 tot aan de dag waarop deze vordering is voldaan, te betalen aan [naam 6] ;
Bijlage II