ECLI:NL:RBDHA:2024:21125
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- H. Hanssen - Telman
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak na ongegrondverklaring beroep
Op 16 december 2024 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De verzoeker had tegen een besluit van de minister van Asiel en Migratie beroep ingesteld, waarbij zijn asielaanvraag op 14 november 2024 was afgewezen als kennelijk ongegrond. Tevens was aan de verzoeker een terugkeerbesluit opgelegd, alsook een inreisverbod voor de duur van twee jaar. De verzoeker verzocht de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening, die op 13 december 2024 ter zitting werd behandeld. De verzoeker was echter niet ter zitting verschenen, terwijl de minister zich liet vertegenwoordigen door zijn gemachtigde, mr. S.J. de Vries.
De voorzieningenrechter heeft op dezelfde dag uitspraak gedaan op het samenhangende beroep van de verzoeker en dit beroep ongegrond verklaard. Aangezien de rechtbank al uitspraak had gedaan op het beroep, was er geen noodzaak meer voor een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening dan ook afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. H. Hanssen - Telman, in aanwezigheid van griffier A.J. van Bruggen, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.