Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiser] , eiser,
Procesverloop
Beslissing
- draagt verweerder op binnen zestien weken na de dag van bekendmaking van deze
€ 15.000;
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft eiser op 26 januari 2024 beroep ingesteld tegen het niet-tijdig beslissen op zijn asielaanvraag. De asielaanvraag was op 30 september 2022 ingediend, maar verweerder, de minister van Asiel en Migratie, heeft pas op 15 juli 2024 een besluit genomen, dat vervolgens op 16 december 2024 werd ingetrokken. De rechtbank heeft op 19 december 2024 de zaak behandeld in Middelburg, waar eiser, bijgestaan door zijn gemachtigde mr. J.E. de Poorte, aanwezig was. Verweerder werd vertegenwoordigd door mr. R.A. Mandersloot. De rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep tegen het ingetrokken besluit niet-ontvankelijk is, omdat eiser geen belang heeft bij de beoordeling van de rechtmatigheid van dit besluit. Het beroep tegen het niet-tijdig beslissen op de asielaanvraag is echter gegrond verklaard. De rechtbank heeft verweerder opgedragen om binnen zestien weken na de bekendmaking van de uitspraak een nieuw besluit te nemen op de asielaanvraag. Tevens is er een dwangsom van € 100 per dag opgelegd voor elke dag dat verweerder in gebreke blijft, met een maximum van € 15.000. De proceskosten zijn vastgesteld op € 1.750. De rechtbank heeft benadrukt dat zorgvuldigheid in deze zaak prevaleert boven snelheid, en dat het 8+8-weken model van toepassing is, waarbij verweerder binnen acht weken een aanvullend gehoor moet houden en binnen acht weken daarna een nieuw besluit moet nemen.