ECLI:NL:RBDHA:2024:22219

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
30 december 2024
Publicatiedatum
30 december 2024
Zaaknummer
NL24.40119, NL24.40121
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Vereenvoudigde behandeling
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van asielberoepen wegens gebrek aan procesbelang

Op 30 december 2024 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaken NL24.40119 en NL24.40121, waarin eisers, vertegenwoordigd door hun gemachtigde mr. A.M. Veld, beroep hebben ingesteld tegen het niet tijdig beslissen op hun asielaanvragen. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen zitting nodig was en heeft het onderzoek gesloten zonder behandeling op een zitting. De eisers hadden eerder op 13 juni 2024 al twee beroepen ingediend tegen het niet tijdig beslissen op hun aanvragen, en op 15 oktober 2024 hebben zij opnieuw twee beroepen ingediend die betrekking hebben op dezelfde aanvragen. De rechtbank heeft in een eerdere uitspraak op 3 december 2024 al beslist op de beroepen van 13 juni 2024.

De rechtbank heeft ambtshalve beoordeeld of eisers procesbelang hebben bij de beoordeling van hun tweede beroep. De rechtbank concludeert dat dit procesbelang ontbreekt, omdat er al een uitspraak is gedaan op de eerdere beroepen. De rechtbank kan niet twee keer beslissen op een beroep dat gericht is tegen hetzelfde niet tijdig nemen van een besluit. Bovendien hebben eisers geen nieuwe feiten of omstandigheden aangevoerd die een relevante wijziging van recht zouden kunnen rechtvaardigen.

Daarom heeft de rechtbank de beroepen van eisers tegen het niet tijdig nemen van een besluit kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. A.G.D. Overmars, rechter, in aanwezigheid van I. Nauta, griffier, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL24.40119, NL24.40121

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaken tussen

[naam]

V-nummer: [nummer],

[naam]

V-nummer: [nummer],
mede namens de minderjarige kinderen:

[naam],

[naam],

gezamenlijk: eisers,
(gemachtigde: mr. A.M. Veld),
en

de minister van Asiel en Migratie, de minister.

Overwegingen

1. In deze uitspraak beslist de rechtbank over de beroepen van eisers tegen het niet tijdig beslissen op de asielaanvragen.
2. De rechtbank heeft partijen laten weten dat zij een zitting niet nodig vindt. Partijen hebben hiermee ingestemd, waarna de rechtbank het onderzoek heeft gesloten en de beroepen dus niet heeft behandeld op een zitting.

Beoordeling door de rechtbank

3. Eisers hebben op 13 juni 2024 twee eerste beroepen (NL24.24444 en NL24.4446) tegen het niet tijdig beslissen op de aanvragen ingediend. Op 15 oktober 2024 zijn nogmaals twee beroepen (NL24.40119 en NL24.40121) tegen het niet tijdig beslissen op dezelfde aanvragen ingediend. Bij uitspraak van 3 december 2024 heeft deze rechtbank en zittingsplaats uitspraak gedaan in de beroepen van 13 juni 2024.
4. De rechtbank dient ambtshalve te beoordelen of eisers procesbelang hebben bij een beoordeling van hun tweede beroep. Naar het oordeel van de rechtbank ontbreekt dit procesbelang. Er is door deze rechtbank en zittingsplaats met de uitspraak van 3 december 2024 in de zaken NL24.24444 en NL24.24446 immers al beslist op de beroepen tegen het niet tijdig beslissen op de aanvragen van eisers. Aangezien de rechtbank niet twee keer kan beslissen op een beroep gericht tegen hetzelfde niet tijdig nemen van een besluit dat hetzelfde doel dient, namelijk het verzoek tot het opleggen van een beslistermijn aan de minister, hebben eisers geen belang bij hun tweede beroep.
5. Ten overvloede merkt de rechtbank op dat eisers geen nieuwe feiten en omstandigheden, dan wel een relevante wijziging van recht aan deze beroepen ten grondslag hebben gelegd.

Conclusie en gevolgen

6. De beroepen van eisers tegen het niet tijdig nemen van een besluit zijn kennelijk niet-ontvankelijk.
7. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De rechtbank verklaart de beroepen niet-ontvankelijk.
Deze uitspraak is gedaan door mr. A.G.D. Overmars, rechter, in aanwezigheid van I. Nauta, griffier en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
Deze uitspraak is bekendgemaakt op:
Bent u het niet eens met deze uitspraak?
Als u het niet eens bent met deze uitspraak, kunt u een brief sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin u uitlegt waarom u het er niet mee eens bent. Dit heet een beroepschrift. U moet dit beroepschrift indienen binnen 4 weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. U ziet deze datum hierboven.