Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de heer [verzoeker] in persoon, bijgestaan door mr. De Jong voornoemd;
- mevrouw [naam] namens Allianz, bijgestaan door mr. Haase voornoemd.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
Juridisch kader
- een omvangrijke schade nu [verzoeker] stelt hulpbehoevend te zijn als gevolg van het ongeval;
- een relevante medische voorgeschiedenis en ongevalsvreemde problematiek met een WAO-uitkering sinds 1993.
- alle al eerder aan Allianz verstrekte informatie;
- een ongeclausuleerd huisartsenjournaal en de episodenlijst vanaf 1993 tot 2013;
- een ongeclausuleerd huisartsenjournaal met alle door de huisarts ontvangen correspondentie en de medicatie- en episodenlijst vanaf maart 2018 (drie jaar na het ongeval) tot en met heden.
5.De beslissing
binnen twee wekenna de datum van de nota met betaalinstructies van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak;
- de deskundige voor aanvang van het onderzoek dient kennis te nemen van de Leidraad deskundigen in civiele zaken (te raadplegen op www.rechtspraak.nl of desgevraagd te verkrijgen bij de griffie) en deze in acht dient te nemen,
- de deskundige het onderzoek pas na het bericht van de griffier omtrent betaling van het voorschot dient aan te vangen,
- de deskundige het onderzoek onmiddellijk dient te staken en contact dient op te nemen met de griffier, indien tijdens de uitvoering van de werkzaamheden het voorschot niet toereikend blijkt te zijn;
vier maandenna het schriftelijk bericht van de griffier omtrent de betaling van het voorschot een schriftelijk en ondertekend bericht in drievoud ter griffie van de rechtbank in te leveren, onder bijvoeging van een gespecificeerde declaratie;
- dat uit het schriftelijk bericht moet blijken op welke stukken het oordeel van de deskundige is gebaseerd;
- dat de deskundige [verzoeker] in de gelegenheid moet stellen om gebruik te maken van zijn inzage- en blokkeringsrecht als bedoeld in artikel 7:464 lid 2 onder b BW en, indien [verzoeker] als eerste kennis wenst te nemen van het deskundigenrapport, een concept van dat rapport aan [verzoeker] (eventueel in een gesloten envelop via zijn advocaat) moet toesturen en [verzoeker] daarbij een termijn van twee weken moet bieden om aan te geven of hij gebruik wil maken van zijn blokkeringsrecht (waarbij [verzoeker] zich van commentaar op het concept moet onthouden);
- dat, indien [verzoeker] binnen die termijn mededeelt gebruik te maken van zijn blokkeringsrecht, de deskundige de werkzaamheden onmiddellijk moet staken en dit aan de rechtbank moet mededelen;
- dat, indien [verzoeker] geen gebruik maakt van zijn inzage- of blokkeringsrecht, de deskundige het concept van het deskundigenrapport aan (de advocaten van) partijen moet toezenden;
binnen vier wekendienen te reageren op het concept-rapport van de deskundige nadat dit aan partijen is toegezonden en dat partijen bij de deskundige geen gelegenheid hebben op elkaars opmerkingen en verzoeken naar aanleiding van het concept-rapport te reageren;