ECLI:NL:RBDHA:2024:2315
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- A.W. C.M. van Emmerik
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het beroep tegen de weigering van wijziging verblijfsdoel naar niet-tijdelijke humanitaire gronden
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres, een Gambiaanse vrouw, tegen de weigering van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid om haar verblijfsdoel te wijzigen naar 'niet-tijdelijke humanitaire gronden'. Eiseres had eerder een verblijfsvergunning voor bepaalde tijd op basis van haar huwelijk, maar deze werd ingetrokken na de verbreking van de relatie. Eiseres heeft in beroep aangevoerd dat er sprake was van huiselijk geweld, wat volgens de Vreemdelingencirculaire kan leiden tot een verblijfsvergunning op humanitaire gronden. De rechtbank oordeelt dat de staatssecretaris onvoldoende gemotiveerd heeft dat eiseres niet aannemelijk heeft gemaakt dat huiselijk geweld heeft geleid tot de verbreking van de relatie. De rechtbank stelt vast dat er voldoende bewijs is van huiselijk geweld, waaronder verklaringen van getuigen en hulpverleners. Daarnaast oordeelt de rechtbank dat eiseres ten onrechte niet is gehoord in de bezwaarfase, wat in strijd is met de Algemene wet bestuursrecht. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en draagt de staatssecretaris op om binnen acht weken een nieuw besluit te nemen op het bezwaar van eiseres. Tevens wordt de staatssecretaris veroordeeld in de proceskosten van eiseres.