ECLI:NL:RBDHA:2024:23257

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
4 december 2024
Publicatiedatum
25 februari 2025
Zaaknummer
C/09/675978 / FA RK 24-8321
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg in verband met alcoholverslaving en neurocognitieve schade

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 4 december 2024 een beschikking gegeven inzake een zorgmachtiging op basis van artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De officier van justitie had verzocht om deze machtiging voor een betrokkene, geboren in 1952, die lijdt aan een ernstige alcoholverslaving, uitgebreide neurocognitieve schade en een stemmingsstoornis. De rechtbank oordeelde dat de alcoholverslaving het denken, voelen, willen, oordelen en doelgericht handelen van de betrokkene zodanig beïnvloedt dat het veroorzaakte nadeel niet aan hem kan worden toegerekend. De rechtbank heeft vastgesteld dat de betrokkene niet in staat is om op vrijwillige basis zorg te ontvangen, en dat er geen alternatieven zijn voor verplichte zorg. De rechtbank heeft de noodzaak van verplichte zorg onderbouwd met medische verklaringen en het zorgplan. De betrokkene heeft tijdens de zitting aangegeven niet in te stemmen met de zorgmachtiging, maar de rechtbank heeft geoordeeld dat de ernst van de situatie en de risico's voor de betrokkene en de maatschappij een zorgmachtiging rechtvaardigen. De rechtbank verleent de zorgmachtiging voor de duur van zes maanden, tot en met 4 juni 2025, en wijst het meer of anders verzochte af.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Team Jeugd- en Zorgrecht
Zaak-/rekestnr.: C/09/675978 / FA RK 24-8321
Datum beschikking: 4 december 2024

Machtiging tot het verlenen van verplichte zorg

Beschikkingnaar aanleiding van het door de officier van justitie ingediende verzoek tot het verlenen van een zorgmachtiging als bedoeld in artikel 6:4 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz), ten aanzien van:

[betrokkene] ,

hierna te noemen: betrokkene,
geboren op [geboortedatum] 1952 te [geboorteplaats] ,
wonende te [woonplaats] ,
advocaat: mr. H. Gailjaard te Den Haag.

ProcesverloopBij verzoekschrift, ingekomen ter griffie op 15 november 2024, heeft de officier van justitie verzocht om een zorgmachtiging.

Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
- een op 13 november 2024 ondertekende medische verklaring van R. Sint Jago, psychiater, die betrokkene heeft onderzocht maar niet bij zijn behandeling betrokken was;
- een blanco zorgkaart;
- een zorgplan van 30 oktober 2024;
- de bevindingen van de geneesheer-directeur van 15 november 2024;
- een afschrift van de politiemutaties;
- een brief van de officier van justitie van 17 oktober 2024, waaruit blijkt dat betrokkene geen justitiële documentatie heeft.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 4 december 2024. Daarbij zijn gehoord:
- betrokkene, bijgestaan door zijn advocaat;
- de GZ-psycholoog, de heer [naam 4] ;
- de verpleegkundige specialist in opleiding, mevrouw [naam 1] ;
- de sociaal werker, mevrouw [naam 2] ;
- een vriend van betrokkene, de heer [naam 3] .
Omdat door de officier van justitie een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig werd geacht en het de rechtbank ter zitting is gebleken dat diens aanwezigheid ook niet noodzakelijk was om tot een inhoudelijke beslissing te kunnen komen, is de officier van justitie niet gehoord.

Standpunten ter zitting

Door en namens betrokkene is ter zitting naar voren gebracht dat betrokkene het niet eens is met de aanvraag voor een zorgmachtiging. Betrokkene wil graag met rust gelaten worden en begrijpt de zorgen niet. Hij is een paar keer gevallen maar iedereen valt wel eens. Betrokkene verklaart dat hij verslaafd is aan alcohol. Als hij is opgenomen, drinkt hij niks. Hij voelt zich eenzaam, daarom drinkt hij. Hij kan het ook laten staan. Stoppen met drinken zit er niet in, hij doet het al sinds zijn veertiende. Vandaag heeft hij tot aan de zitting één fles wijn gedronken.
De advocaat heeft opgemerkt dat betrokkene niet volledig heeft willen meewerken aan het neuropsychologisch onderzoek. Zij zet daarom vraagtekens bij de op basis van dit onderzoek – dat zich niet bij de stukken bevindt - gestelde diagnose. De advocaat betwist voorts dat sprake zou zijn van financieel gewin ten koste van betrokkene. Zij verzoekt de zorgmachtiging voor een periode van een paar maanden te verlenen en daarbij de zorgvorm ‘opname in een accommodatie’ af te wijzen, zodat betrokkene vrijwillig kan worden opgenomen in een kliniek naar keuze. De advocaat acht het ten slotte wenselijk dat de heer [naam 3] , mantelzorger van betrokkene, tot mentor en bewindvoerder wordt benoemd.
De verpleegkundig specialist in opleiding heeft ter zitting toegelicht dat er grote zorgen zijn over betrokkene. Er is sprake van excessief alcoholgebruik. In de afgelopen maanden is betrokkene meerdere keren gevallen. Tegen het einde van de zomer is hij na een val opgenomen in de detox. Nadat voldoende abstinentie was bereikt vond het neuropsychologisch onderzoek plaats en is de diagnose uitgebreide neurocognitieve stoornis gesteld. De forse zorgen betreffen zowel het overmatig gebruik van alcohol en de kans op een delier als de uitgebreide neurocognitieve stoornis. Als betrokkene nuchter is wil hij zorg ontvangen, maar onder invloed is hij zorgmijdend. Betrokkene heeft net toegegeven dat hij vandaag één fles wijn op heeft. Het wordt gewaardeerd dat hij hier open over is. Om het ernstig nadeel te voorkomen, moet betrokkene worden opgenomen. Vanuit een opname kan samen met betrokkene worden gekeken naar een verder behandelplan. Dit is in de thuissituatie niet mogelijk omdat betrokkene dan altijd onder invloed is.
De GZ-psycholoog heeft ter zitting toegelicht dat uit het neuropsychologisch onderzoek naar voren komt dat betrokkene problemen heeft met zijn oriëntatie en zijn kortetermijngeheugen. Behandelingen in het vrijwillig kader niet mogelijk omdat betrokkene niet van zijn alcoholverslaving af wil, dus er zijn geen alternatieven.
De sociaal werker heeft ter zitting naar voren gebracht dat betrokkene veel vergeet. Het lukt vanuit de thuissituatie niet om afspraken in het ziekenhuis na te komen. Ook verdienen de angst- en stemmingsklachten van betrokkene aandacht, deze spelen vaak pas op als betrokkene nuchter is. De opname deze zomer was bedoeld voor detox, stabilisatie en revalidatie na zijn val. Tijdens de opname was hij abstinent en werden zijn klachten verholpen, maar thuis begon hij meteen weer alcohol te drinken. Er is mogelijk sprake van financieel gewin door de huishoudelijke hulp van betrokkene.
De vriend van betrokkene heeft ter zitting verklaard dat hij mantelzorger voor betrokkene is. Zo brengt hij hem naar elke ziekenhuisafspraak. Daarmee wil hij ook aangeven dat de sociaal werker op dit punt onjuiste informatie verstrekt. De vriend van betrokkene vindt het een goed idee om tot bewindvoerder van betrokkene te worden benoemd.

Beoordeling

Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling is gebleken dat betrokkene lijdt aan een psychische stoornis, te weten een ernstige stoornis in het gebruik van alcohol, aan uitgebreide neurocognitieve schade (als gevolg van alcoholgebruik) en een stemmingsstoornis.
Deze stoornis leidt tot ernstig nadeel, gelegen in:
-levensgevaar;
-ernstig lichamelijk letsel;
-ernstige psychische schade;
-ernstige verwaarlozing;
-maatschappelijke teloorgang.
De rechtbank merkt op dat zij ernstig nadeel in die zin dat de algemene veiligheid van personen of goederen in gevaar wordt gebracht, onvoldoende onderbouwd acht.
Betrokkene is sinds zijn jeugd verslaafd aan alcohol. Tegen het advies van zijn behandelaren drinkt hij grote hoeveelheden wijn (naar eigen zeggen twee flessen per dag maar mogelijk veel meer), eet hij bijna niet en verwaarloost hij zichzelf. Als gevolg van de alcoholverslaving is sprake van somatische problematiek zoals blaasretenties (waarvoor een verblijfskatheter is aangebracht), polineuropathie en verminderde motoriek. In het afgelopen half jaar hebben zich diverse ernstige valincidenten voorgedaan met hoofdletsel en een elleboogfractuur tot gevolg, waarvoor betrokkene meerdere keren in het ziekenhuis en in een revalidatiekliniek moest worden opgenomen. Gelet op het voorgaande beïnvloedt de alcoholverslaving het denken, voelen, willen, oordelen en doelgericht handelen van betrokkene dusdanig, dat het veroorzaakte nadeel kan betrokkene niet worden toegerekend omdat de stoornis de gevaarvolle daden van de betrokkene overwegend beheerst. Ofschoon de ernst van deze stoornis in middelengebruik naar het oordeel van de rechtbank op zichzelf al voldoende zou zijn geweest om de zorgmachtiging te verlenen, komt daar nog bij dat naast de alcoholverslaving ook sprake is van een stemmingsstoornis én van uitgebreide neurocognitieve schade ten gevolge van alcoholgebruik. Deze laatste stoornis beïnvloedt voornamelijk het geheugen, maar heeft ook effect op andere cognitieve vaardigheden zoals denkvermogen, oordeelsvorming, taalvaardigheden en het vermogen om dagelijkse activiteiten uit te voeren. Bij betrokkene zijn problemen met zijn oriëntatie en geheugen vastgesteld in het neuropsychologisch onderzoek en volgens de onafhankelijk psychiater komt betrokkene slecht uit zijn woorden, maakt hij zinnen niet af en verliest hij de lijn van het verhaal. Gedeeltelijk herstel is mogelijk maar volledige terugkeer naar zijn vroegere denk- en werkniveau lijkt onwaarschijnlijk. Betrokkene bagatelliseert de ernst van de situatie.
Om het ernstig nadeel af te wenden, de geestelijke gezondheid van betrokkene te stabiliseren, heeft betrokkene zorg nodig.
Gebleken is dat er geen mogelijkheden voor passende zorg op vrijwillige basis zijn. Betrokkene wil niet worden opgenomen en wil ook niet ophouden met drinken. Behandeling heeft echter alleen kans van slagen als betrokkene abstinent is. Om die reden is verplichte zorg nodig.
De in het verzoekschrift genoemde vormen van zorg zijn gebaseerd op de medische verklaring, het zorgplan en het advies van de geneesheer-directeur. Deze vormen van verplichte zorg zijn door de rechtbank tijdens de mondelinge behandeling besproken.
Gelet op het voorgaande acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie.
Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben. De voorgestelde verplichte zorg is bovendien evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt verder dat bij het bepalen van de juiste zorg rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
Gelet op het voorgaande is voldaan aan de criteria voor en doelen van verplichte zorg als bedoeld in de Wvggz. De zorgmachtiging zal worden verleend.
Ten overvloede merkt de rechtbank op dat bewindvoering en mentoraat geen onderdeel uitmaken van deze procedure.

Beslissing

De rechtbank:
verleent een zorgmachtiging ten aanzien van:

[betrokkene] ,

geboren op [geboortedatum] 1952 te [geboorteplaats] ,
inhoudende dat bij wijze van verplichte zorg de volgende maatregelen kunnen worden getroffen:
- toedienen van medicatie;
- verrichten medische controles;
- andere medische handelingen en therapeutische maatregelen;
- beperken van de bewegingsvrijheid;
- uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedrag-beïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen;
- controleren op de aanwezigheid van gedrag-beïnvloedende middelen;
- aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen;
- opnemen in een accommodatie;
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 4 juni 2025;
wijst het meer of anders verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. E.C.M. Bouman, rechter, bijgestaan door T.C. Melman als griffier, en uitgesproken ter openbare zitting van 4 december 2024.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 17 december 2024.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.