ECLI:NL:RBDHA:2024:2475

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
22 februari 2024
Publicatiedatum
28 februari 2024
Zaaknummer
NL23.33468
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hersteluitspraak inzake inwilligend besluit in vreemdelingenrechtelijke zaak

Op 22 februari 2024 heeft de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, een hersteluitspraak gedaan in de zaak met zaaknummer NL23.33468. Deze uitspraak volgde op een eerdere uitspraak van 13 februari 2024, waarin een kennelijke fout was vastgesteld. De rechtbank heeft geconstateerd dat in de eerdere uitspraak niet was onderkend dat er een besluit was genomen op de asielaanvraag van de eiser, en dat het beroep was ingetrokken met een verzoek om veroordeling van de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid in de proceskosten.

In de hersteluitspraak is het procesverloop aangepast en zijn de rechtsoverwegingen 1 tot en met 5 komen te vervallen. De rechtbank heeft de eerste zin van rechtsoverweging 6 gewijzigd, zodat het dictum nu luidt dat de staatssecretaris op 17 januari 2024 op de asielaanvraag van de eiser heeft beslist. Eiser heeft zijn beroep ingetrokken met een verzoek om veroordeling van de staatssecretaris in de proceskosten. De rechtbank heeft geoordeeld dat de staatssecretaris door het nemen van een besluit tijdens het beroep, aan de eiser tegemoet is gekomen.

De rechtbank heeft de staatssecretaris veroordeeld in de proceskosten van de eiser tot een bedrag van € 437,50. Deze hersteluitspraak is gedaan door rechter A.C.J. van Dooijeweert, in aanwezigheid van griffier E.C. Jacobs, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze hersteluitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Zittingsplaats Middelburg
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.33468

uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen

[naam eiser] , eiser

V-nummer: [V-nr.]
(gemachtigde: mr. R.P. Duijn),
en

de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder.

Overwegingen

Na een telefonische mededeling van verweerder is gebleken dat de uitspraak van 13 februari 2024 met zaaknummer NL23.33468 een kennelijke fout bevat.
In de uitspraak is niet onderkend dat er een besluit was genomen en het beroep is ingetrokken met een verzoek om verweerder te veroordelen in de proceskosten.
Dit wordt op hierna te melden wijze hersteld.

Beslissing

- Na de eerste regel van het procesverloop wordt het volgende toegevoegd:
“Bij besluit van 17 januari 2024 heeft verweerder op eisers asielaanvraag beslist. Eiser heeft het beroep ingetrokken met een gelijktijdig verzoek om een veroordeling van verweerder in de proceskosten.”
- De rechtsoverwegingen 1 tot en met 5 komen te vervallen.
- In rechtsoverweging 6 wordt de eerste zin als volgt gewijzigd:
“Door hangende eisers beroep tegen het niet tijdig nemen van een besluit alsnog een besluit te nemen, is verweerder aan eiser tegemoetgekomen. Daarin ziet de rechtbank aanleiding om eisers verzoek tot veroordeling van verweerder in de proceskosten toe te wijzen.”
- Het dictum komt als volgt te luiden:
“De rechtbank veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiser tot een bedrag van € 437,50 (vierhonderdzevenendertig euro en vijftig cent).”
Deze hersteluitspraak is gedaan door mr. A.C.J. van Dooijeweert, rechter, in aanwezigheid van mr. E.C. Jacobs, griffier, en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op www.rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Rechtsmiddel.
Tegen deze hersteluitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.