Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 4 maart 2024 in de zaak tussen
[eiser], uit [woonplaats], eiser,
Procesverloop
Overwegingen
“(…) Ik ben in bezwaar van mening dat de primaire verzekeringsarts op goede gronden tot het oordeel is gekomen dat belanghebbende per 10-05-2019 niet meer arbeidsongeschikt te achten is in het kader van de Ziektewet, nu hij geschikt is voor tenminste één van de eerder geduide functies. Het gaat beter met de rug- en beenklachten en de bijgekomen medische problematiek is niet dermate belemmerend dat belanghebbende hierdoor meer beperkt is dan eerder al aangegeven. Belanghebbende wordt geschikt geacht voor werkzaamheden waarbij een niet al te grote fysieke belasting is.(…)”