ECLI:NL:RBDHA:2024:3358

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
13 maart 2024
Publicatiedatum
13 maart 2024
Zaaknummer
NL23.23484
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Vereenvoudigde behandeling
Rechters
  • H. Hanssen - Telman
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening in vreemdelingenzaak

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 13 maart 2024 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. De verzoeker, een Chinese nationaliteit met een V-nummer, had bezwaar gemaakt tegen een besluit van de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, dat op 15 augustus 2023 was genomen. Dit primaire besluit wees het verzoek om toepassing van artikel 64 van de Vreemdelingenwet 2000 af. Na het indienen van bezwaar, verklaarde de Staatssecretaris het bezwaar op 1 december 2023 kennelijk ongegrond.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek om een voorlopige voorziening behandeld, samen met een ander beroep (zaaknummer NL23.40642). Tijdens de zitting waren de gemachtigden van beide partijen aanwezig. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat, gezien de uitspraak in de andere zaak, een voorlopige voorziening niet meer nodig is. Daarom werd het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen.

De voorzieningenrechter heeft ook aangegeven dat er geen aanleiding is voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. H. Hanssen - Telman, in aanwezigheid van griffier R. de Boer, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL23.23484

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam] , verzoeker,

geboren op [geboortedatum] ,
van Chinese nationaliteit,
V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. E.J.P. Cats),
en

de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder,

(gemachtigde: mr. A.A. Wildeboer).

Inleiding

1. Bij besluit van 15 augustus 2023 (het primaire besluit) heeft verweerder het verzoek om toepassing van artikel 64 van de Vw 2000 [1] afgewezen.
1.1.
Verzoeker heeft bezwaar gemaakt tegen het primaire besluit. Hij heeft tevens de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
1.2.
Bij besluit van 1 december 2023 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar (kennelijk) ongegrond verklaard.
1.3.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL23.40642 (het beroep), op zitting behandeld. De gemachtigden van partijen zijn verschenen.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

2. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL23.40642, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
3. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. H. Hanssen - Telman, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van R. de Boer, griffier en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Voetnoten

1.Vreemdelingenwet 2000.