ECLI:NL:RBDHA:2024:374
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van bezwaar tegen beëindiging prestatiebeurs en studiefinanciering
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres tegen de niet-ontvankelijkverklaring van haar bezwaar tegen de beëindiging van haar prestatiebeurs en de vaststelling van haar studiefinanciering voor 2023. Eiseres, die sinds 2016 studeert aan de Universiteit Leiden, ontving studiefinanciering, maar kreeg op 4 augustus 2020 te horen dat zij per 1 september 2020 geen aanvullende beurs meer zou ontvangen. Op 20 oktober 2023 werd haar studiefinanciering voor 2023 vastgesteld. Eiseres maakte op 26 februari 2023 bezwaar tegen deze besluiten, maar dit bezwaar werd niet-ontvankelijk verklaard omdat het niet tijdig was ingediend. Eiseres stelde dat de termijnoverschrijding verschoonbaar was, omdat zij pas later op de hoogte was geraakt van de besluiten door een melding over de stopzetting van haar reisproduct. De rechtbank oordeelde echter dat het eiseres zelf was die ervoor had gekozen om berichten van DUO elektronisch te ontvangen, en dat het haar verantwoordelijkheid was om deze berichten tijdig te controleren. De rechtbank concludeerde dat de termijnoverschrijding niet verschoonbaar was en verklaarde het beroep ongegrond. Het verzoek om schadevergoeding en de verzochte voorziening werden eveneens afgewezen.