ECLI:NL:RBDHA:2024:4255
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- B.F.Th. de Roos
- Rechtspraak.nl
Vervolgberoep bewaring en schadevergoeding in vreemdelingenrechtelijke procedure
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 21 maart 2024 uitspraak gedaan in een vervolgberoep betreffende de bewaring van eiseres, die de Britse nationaliteit heeft. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid had op 27 december 2023 de maatregel van bewaring opgelegd op grond van artikel 59, eerste lid, aanhef en onder a, van de Vreemdelingenwet. Op 7 maart 2024 werd deze maatregel opgeheven, maar de rechtbank werd op 12 maart 2024 in kennis gesteld van het voortduren van de maatregel, wat gelijkgesteld werd met een door eiseres ingesteld beroep. Eiseres heeft geen beroepsgronden ingediend, waardoor de rechtbank zich beperkte tot een ambtshalve toetsing van de rechtmatigheidsvoorwaarden van de maatregel van bewaring.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de maatregel van bewaring tot 4 januari 2024 rechtmatig was, zoals eerder vastgesteld in een uitspraak van 5 januari 2024. De toetsing van de rechtbank richtte zich op de periode na deze datum. Aangezien eiseres geen beroepsgronden heeft ingediend, was er geen aanleiding voor de rechtbank om te concluderen dat de voortduring van de maatregel van bewaring onrechtmatig was. De rechtbank heeft daarom het beroep ongegrond verklaard en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.