Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam], eiser,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, de staatssecretaris,
Procesverloop
Overwegingen
Voor zowel de vreemdeling zonder rechtmatig verblijf als de vreemdeling met rechtmatig verblijf op grond van artikel 8, met uitzondering van onderdelen b, d en e, Vw geldt dat indien de vreemdeling gedurende of na de asielprocedure overlast veroorzaakt op de (opvang)locatie waar de vreemdeling verblijft een maatregel op grond van artikel 56 Vw kan worden opgelegd. De vreemdeling wordt opgedragen te verblijven op en in een gebied rondom de handhaving- en toezichtlocatie (HTL).“
Onder overlast wordt onder meer begrepen (herhaaldelijk) agressief verbaal en non-verbaal gedrag richting medebewoners of personeel op de (opvang)locatie of daarbuiten, het aanrichten van vernielingen of het discrimineren of intimideren van medebewoners. Het COA besluit, tenzij het gedrag van de vreemdeling hier eerder aanleiding voor geeft en zich geen gronden voor inbewaringstelling voordoen, uiterlijk na een periode van twaalf weken tot voortzetting van de handhaving en het toezicht op de HTL (in welk geval de vrijheidsbeperkende maatregel voortduurt), terugplaatsing naar een reguliere opvanglocatie of een andere maatregel op grond van de RvA”