ECLI:NL:RBDHA:2024:8589

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
4 juni 2024
Publicatiedatum
5 juni 2024
Zaaknummer
NL24.19682
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
  • S. Ketelaars - Mast
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag

In de zaak tussen verzoeker, geboren op [geboortedatum] en van Somalische nationaliteit, en de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 4 juni 2024 uitspraak gedaan. Verzoeker had een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, welke door de Staatssecretaris op 3 mei 2024 niet-ontvankelijk was verklaard. Hiertegen heeft verzoeker beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De zitting vond plaats op 29 mei 2024, waarbij de gemachtigden van beide partijen aanwezig waren.

De voorzieningenrechter heeft in zijn overwegingen aangegeven dat er op dezelfde dag een uitspraak is gedaan in een andere zaak (NL24.19681) die betrekking heeft op het beroep van verzoeker. Aangezien er inmiddels een uitspraak is gedaan op het beroep, is de noodzaak voor een voorlopige voorziening komen te vervallen. Daarom heeft de voorzieningenrechter het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

De uitspraak is gedaan door mr. S. Ketelaars - Mast, in aanwezigheid van mr. F. Aissa als griffier. De uitspraak is openbaar gemaakt door middel van een geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl en is bekendgemaakt op 5 juni 2024. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Groningen
Bestuursrecht
zaaknummer: NL24.19682

uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[naam] , verzoeker,

geboren op [geboortedatum] ,
van Somalische nationaliteit,
V-nummer: [nummer]
(gemachtigde: mr. E.J.P. Cats),
en

de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder,

Procesverloop

Bij besluit van 3 mei 2024 (het bestreden besluit) heeft verweerder de aanvraag van verzoeker tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd in de algemene procedure niet-ontvankelijk verklaard.
Verzoeker heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Hij heeft verder de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, tezamen met de zaak NL24.19681, op 29 mei 2024 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: de gemachtigden van partijen.

Overwegingen

Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL24.19681, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. S. Ketelaars - Mast, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr.F. Aissa, griffier en openbaar gemaakt door middel van geanonimiseerde publicatie op rechtspraak.nl.
De uitspraak is bekendgemaakt op:
Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.