ECLI:NL:RBDHA:2024:8600
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep tegen uitblijven besluit asielaanvraag
In deze zaak heeft eiser, de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, beroep ingesteld tegen het niet-tijdig beslissen op zijn asielaanvraag van 9 juli 2023. De rechtbank Den Haag heeft op 3 juni 2024 uitspraak gedaan in deze zaak, waarbij de rechtbank op grond van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak heeft gedaan zonder zitting. De rechtbank heeft vastgesteld dat de wettelijke beslistermijn van zes maanden voor de asielaanvraag van eiser op 9 januari 2024 zou eindigen. Echter, door de inwerkingtreding van de WBV 2023/3 is deze termijn verlengd met negen maanden, waardoor de nieuwe einddatum op 9 oktober 2024 ligt. De rechtbank heeft eerder geoordeeld dat de staatssecretaris voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat er op het moment van inwerkingtreding van de WBV 2023/3 sprake was van een situatie die deze verlenging rechtvaardigde. Hierdoor was de ingebrekestelling van 8 februari 2024 prematuur, aangezien de beslistermijn op dat moment nog niet was verstreken. De rechtbank heeft daarom het beroep van eiser tegen het uitblijven van een besluit op zijn asielaanvraag niet-ontvankelijk verklaard. Tevens is er geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. M.L. Weerkamp, rechter, in aanwezigheid van S.A. Sewratan, griffier, en is openbaar gemaakt op www.rechtspraak.nl.