In deze zaak heeft de kinderrechter op 14 mei 2024 een beschikking gegeven over de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot gesloten jeugdhulp voor een minderjarige, hierna te noemen [minderjarige]. De kinderrechter heeft vastgesteld dat [minderjarige], geboren op [geboortedag] 2010, sinds zijn laatste lagere schooljaren niet naar school is gegaan en ernstige gedragsproblemen vertoont. De moeder van [minderjarige] is belast met het ouderlijk gezag, maar heeft moeite om hem te motiveren en te begrenzen. De kinderrechter heeft eerder al maatregelen genomen, waaronder een ondertoezichtstelling en een machtiging tot uithuisplaatsing in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp. De gecertificeerde instelling, William Schrikker Stichting Jeugdbescherming, heeft verzocht om verlenging van de ondertoezichtstelling en een nieuwe machtiging voor gesloten jeugdhulp voor zes maanden. Tijdens de mondelinge behandeling op 14 mei 2024 is gebleken dat [minderjarige] zich positief ontwikkelt binnen de structuur van de jeugdzorginstelling, waar hij weer onderwijs volgt en aan zijn ontwikkeling werkt. De kinderrechter heeft de zorgen over zijn ontwikkeling en opvoedingsproblemen bevestigd en oordeelt dat jeugdhulp noodzakelijk is. De kinderrechter heeft besloten de ondertoezichtstelling te verlengen tot 17 mei 2025 en de machtiging voor gesloten jeugdhulp te verlenen van 17 mei 2024 tot 17 november 2024. De beslissing is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en de kinderrechter heeft een persoonlijke brief aan [minderjarige] geschreven om hem te motiveren en te ondersteunen in zijn ontwikkeling.