ECLI:NL:RBDHA:2024:9458
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- B.F.Th. de Roos
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 5 juni 2024 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. Verzoeker, vertegenwoordigd door mr. R.S. Frickus, had een verzoek ingediend om te voorkomen dat hij zou worden overgedragen aan Bulgarije, dat volgens het bestreden besluit van 24 april 2024 verantwoordelijk is voor de behandeling van zijn asielaanvraag. Verzoeker had eerder beroep ingesteld tegen dit besluit (zaaknummer NL24.18038).
De voorzieningenrechter heeft in zijn mondelinge uitspraak geoordeeld dat, aangezien er al een beslissing was genomen op het beroep, het verzoek om een voorlopige voorziening niet meer nodig was. Dit leidde tot de afwijzing van het verzoek als kennelijk ongegrond. Daarnaast is er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door mr. B.F.Th. de Roos, in aanwezigheid van griffier mr. A.S. Hamans, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.