Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen
[verzoeker], verzoekerV-nummer: [V-nummer],
de minister van Asiel en Migratie, verweerder.
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 10 juni 2025 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De verzoeker, die een V-nummer heeft, had tegen het besluit van de minister van Asiel en Migratie beroep ingesteld, nadat zijn asielaanvraag op 18 januari 2025 was afgewezen als kennelijk ongegrond. De verzoeker vroeg de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening te treffen, maar de voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat dit niet meer nodig was. Dit oordeel is gebaseerd op een eerdere uitspraak van dezelfde rechtbank op 10 juni 2025, onder zaaknummer NL25.3938, waarin het beroep van de verzoeker werd behandeld. Aangezien er inmiddels een uitspraak op het beroep was gedaan, werd het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. De voorzieningenrechter heeft ook geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.