Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser], eiser,
de minister van Asiel en Migratie, verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
Op 13 juni 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak van een Venezolaanse eiser die een asielaanvraag had ingediend. De eiser, geboren in 2002, had verklaard dat hij in Venezuela door politieagenten was lastiggevallen en bedreigd. Hij stelde dat hij op twee verschillende momenten door agenten was benaderd, waarbij hij werd gedwongen om geld te betalen. De rechtbank heeft de asielaanvraag van de eiser afgewezen, omdat de verklaringen over de problemen met de politie niet geloofwaardig werden geacht. De rechtbank oordeelde dat de verklaringen van de eiser inconsistent waren en niet voldoende bewijs boden voor de gestelde vervolging. De eiser had aangevoerd dat de algemene situatie in Venezuela gekenmerkt wordt door corruptie en afpersing, maar de rechtbank vond dat dit niet voldoende was om zijn persoonlijke situatie aannemelijk te maken. De rechtbank concludeerde dat de eiser niet had aangetoond dat hij daadwerkelijk met de politieproblemen te maken had gehad. De uitspraak werd gedaan door mr. M.L. Weerkamp, in aanwezigheid van griffier R. Ben Sellam. De rechtbank verklaarde het beroep ongegrond en er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.