ECLI:NL:RBDHA:2025:10533
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om overneming en compensatie van schulden in het kader van de kinderopvangtoeslagaffaire
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiseres, een gedupeerde van de kinderopvangtoeslagaffaire, tegen de afwijzing van haar verzoeken om overneming van een geldschuld en compensatie van rentebetalingen aan KFW Studienkredit, een Duitse kredietinstelling. De verzoeken zijn door de minister van Financiën afgewezen met besluiten van 3 april 2024 en 14 mei 2024, en de rechtbank heeft het beroep op 27 maart 2025 behandeld.
Eiseres heeft verzocht om overneming van een leenschuld van € 22.100 en compensatie van € 319,72 aan rentebetalingen. De rechtbank oordeelt dat de schuld aan KFW niet kan worden gekwalificeerd als een bestuursrechtelijke geldschuld in de zin van de Wet hersteloperatie toeslagen (Wht). De rechtbank stelt vast dat de schuld niet voldoet aan de voorwaarden voor overneming en compensatie, omdat de lening pas op 1 oktober 2025 opeisbaar is en de rentebetalingen niet voor 1 juni 2021 opeisbaar zijn geworden.
De rechtbank concludeert dat de minister van Financiën terecht heeft geoordeeld dat de verzoeken van eiseres niet in behandeling kunnen worden genomen. Het beroep wordt ongegrond verklaard, wat betekent dat de bestreden besluiten in stand blijven. De uitspraak is gedaan door mr. J.J.P. Bosman, in aanwezigheid van mr. D.C. van Genderen, griffier, en is openbaar uitgesproken op 8 mei 2025.