ECLI:NL:RBDHA:2025:10814

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
16 juni 2025
Publicatiedatum
20 juni 2025
Zaaknummer
NL25.14034
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak na uitspraak op beroep

Op 2 november 2024 heeft verzoeker een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De Minister van Asiel en Migratie heeft deze aanvraag met een besluit van 19 maart 2025 buiten behandeling gesteld. Hiertegen heeft verzoeker beroep ingesteld en verzocht om een voorlopige voorziening. De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 2 juni 2025 behandeld, maar verzoeker en zijn gemachtigde hebben zich afgemeld voor de zitting.

Bij uitspraak van 16 juni 2025 heeft de rechtbank in een andere zaak, NL25.14033, uitspraak gedaan op het beroep van verzoeker. Aangezien er inmiddels een uitspraak op het beroep is gedaan, is een voorlopige voorziening niet meer nodig. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening dan ook afgewezen.

De voorzieningenrechter heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. I. Helmich, in aanwezigheid van griffier mr. B.J. van Rossum, en is openbaar gemaakt op 16 juni 2025. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummer: NL25.14034
uitspraak van de voorzieningenrechter in de zaak tussen

[verzoeker] , V-nummer: [V-nummer] , verzoeker (gemachtigde: mr. M. Gavami),

en
de Minister van Asiel en Migratie, verweerder (gemachtigde: mr. E.H.J.M. de Bonth).

Procesverloop

Verzoeker heeft op 2 november 2024 een aanvraag ingediend tot het verlenen van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd ingediend. De minister heeft met het bestreden besluit van 19 maart 2025 deze aanvraag in de algemene procedure buiten behandeling gesteld. Verzoeker heeft hiertegen beroep ingesteld en de voorzieningenrechter gevraagd om een voorlopige voorziening te treffen.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek, samen met de behandeling van de beroepszaak, NL25.14033, op 2 juni 2025 op zitting behandeld. Hieraan heeft deelgenomen: de gemachtigde van de minister. Verzoeker en zijn gemachtigde hebben zich afgemeld voor de zitting.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

3. Bij uitspraak van vandaag, zaaknummer NL25.14033, heeft de rechtbank uitspraak gedaan op het beroep. Een voorlopige voorziening is daarom niet meer nodig. De voorzieningenrechter wijst het verzoek om die reden af.
4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.

Beslissing

De voorzieningenrechter wijst het verzoek om voorlopige voorziening af.
Deze uitspraak is gedaan door mr. I. Helmich, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. B.J. van Rossum, griffier.
zaaknummer: NL25.14034 2
Uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
16 juni 2025

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.