Op 4 juli 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak tussen een eiser en het college van burgemeester en wethouders van Hillegom, met als zaaknummer SGR 23/1838. De rechtbank heeft het beroep van de eiser tegen het herstelbesluit van 17 februari 2025 ongegrond verklaard, maar het beroep tegen het oorspronkelijke besluit van 16 januari 2023 gegrond verklaard. De rechtbank oordeelde dat het college zich op het standpunt heeft mogen stellen dat de vergunde toename van het aantal verkeersbewegingen in overeenstemming is met een goede ruimtelijke ordening. De rechtbank verwijst naar een eerdere tussenuitspraak van 26 november 2024, waarin werd vastgesteld dat het bestreden besluit niet met de vereiste zorgvuldigheid was voorbereid. De rechtbank heeft de rapporten van twee verkeersonderzoeksbureaus, BonoTraffics en Goudappel B.V., beoordeeld en geconcludeerd dat de vergunde toename van verkeersbewegingen niet leidt tot een substantiële wijziging van de verkeerssituatie en dat het woon- en leefklimaat voor de omgeving gewaarborgd blijft. De rechtbank heeft de rechtsgevolgen van het vernietigde besluit in stand gelaten, wat betekent dat de verleende omgevingsvergunning blijft bestaan. Eiser heeft recht op vergoeding van griffierecht en proceskosten, die zijn vastgesteld op € 1.360,50.