ECLI:NL:RBDHA:2025:12151
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag van Egyptische eiser op basis van onvoldoende onderbouwde politieke overtuiging en risicoprofiel
In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser, een Egyptische nationaliteitdrager, tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag door de minister van Asiel en Migratie. Eiser diende op 6 november 2022 een aanvraag in voor een verblijfsvergunning asiel, welke op 27 februari 2025 als kennelijk ongegrond werd afgewezen. De rechtbank behandelde de zaak op 8 april 2025, waarbij eiser en zijn gemachtigde aanwezig waren, evenals de gemachtigde van de verweerder en een tolk. Eiser stelt dat hij in 2011 en 2013 heeft deelgenomen aan demonstraties en dat hij bedreigd is vanwege zijn vermeende lidmaatschap van de moslimbroederschap. De rechtbank concludeert echter dat eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat hij te vrezen heeft voor de autoriteiten in Egypte vanwege zijn politieke overtuiging. De rechtbank oordeelt dat de door eiser aangevoerde motieven onvoldoende zwaarwegend zijn om aan te nemen dat hij een reëel risico loopt op ernstige schade bij terugkeer naar Egypte. De rechtbank wijst erop dat eiser in het verleden meerdere keren zonder problemen Egypte heeft kunnen in- en uitreizen en dat zijn uitingen in Nederland niet getuigen van een sterke politieke overtuiging. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de afwijzing van de asielaanvraag.