ECLI:NL:RBDHA:2025:12393
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen op mvv aanvraag nareis
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Utrecht, is op 2 mei 2025 een beroep behandeld van eiser tegen de minister van Asiel en Migratie. Eiser had een aanvraag ingediend voor een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) in het kader van nareis, maar de minister had niet tijdig op deze aanvraag beslist. De rechtbank heeft vastgesteld dat de termijn voor de beslissing door de minister is overschreden en dat eiser rechtsgeldig in gebreke heeft gesteld. Hierdoor is het beroep gegrond verklaard. De rechtbank heeft de minister opgedragen om binnen acht weken na de uitspraak alsnog een besluit te nemen. Indien de minister deze termijn overschrijdt, moet hij een dwangsom van € 100,- per dag betalen, met een maximum van € 15.000,-. Daarnaast heeft de rechtbank de hoogte van de bestuurlijke dwangsom vastgesteld op € 1.442,-, omdat de minister al 42 dagen in gebreke was. Eiser heeft ook recht op een vergoeding van de proceskosten, die is vastgesteld op € 453,50. De uitspraak benadrukt het belang van tijdige besluitvorming door bestuursorganen en de gevolgen van het niet naleven van wettelijke termijnen.