Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
de minister van Asiel en Migratie, de minister (gemachtigde: S. Faddach).
Procesverloop
Overwegingen
Bewaringsgronden
Ambtshalve toets
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 1 mei 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen een maatregel van bewaring opgelegd door de minister van Asiel en Migratie. De eiser, een Algerijnse man, had beroep ingesteld tegen het besluit van 10 april 2025, waarin hem de maatregel van bewaring werd opgelegd op grond van artikel 59 van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser betoogde dat hij onterecht in handboeien was gezet door de Koninklijke Marechaussee bij zijn aankomst op Schiphol, wat volgens hem zijn fysieke integriteit had geschonden. De rechtbank heeft de zaak op 28 april 2025 behandeld, waarbij eiser werd bijgestaan door zijn gemachtigde en een tolk aanwezig was. De rechtbank constateerde dat in de proces-verbalen van de staandehouding en overbrenging geen melding werd gemaakt van het gebruik van handboeien, en oordeelde dat er geen reden was om aan de verklaringen van de autoriteiten te twijfelen. De rechtbank concludeerde dat de gronden voor de maatregel van bewaring feitelijk juist waren en dat er geen lichter middel kon worden toegepast. Het beroep werd ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding werd afgewezen. De uitspraak werd openbaar gemaakt op 1 mei 2025.