ECLI:NL:RBDHA:2025:14542

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
5 augustus 2025
Publicatiedatum
5 augustus 2025
Zaaknummer
11724900
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing vordering tot toegang tot gehuurde woning na verkoop

In deze zaak heeft eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. P.S. Folsche, gedaagde gedagvaard in kort geding om toegang te verkrijgen tot de woning die zij huurde. De huurovereenkomst was op 2 oktober 2024 gesloten, maar op 23 april 2025 werd eiseres geïnformeerd dat haar digitale sleutel was geblokkeerd. Eiseres heeft gedaagde gesommeerd om de toegang te herstellen, maar gedaagde heeft niet gereageerd en is niet verschenen tijdens de mondelinge behandeling op 19 juni 2025. De kantonrechter heeft vastgesteld dat gedaagde de woning inmiddels had verkocht en niet langer de eigenaar was. Hierdoor kon gedaagde niet meer voldoen aan de vordering van eiseres om toegang te verschaffen tot het gehuurde. De kantonrechter heeft de vordering van eiseres afgewezen, maar gedaagde werd wel veroordeeld in de proceskosten, omdat hij had moeten zorgen dat eiseres niet in deze procedure terechtkwam door haar toegang te verschaffen of haar te informeren over de verkoop van de woning. De totale proceskosten zijn vastgesteld op € 888,21.

Uitspraak

Rechtbank den haag

Zittingsplaats Leiden
IFD/A
Zaak-/rolnummer 11724900/25-1680
26 juni 2025
Vonnis van de kantonrechter in kort geding in de zaak van:
[eiseres],
wonende te [woonplaats 1] ,
eiseres,
gemachtigde: mr. P.S. Folsche,
tegen
[gedaagde] ,
wonende te [woonplaats 2] ,
gedaagde,
niet verschenen.
Partijen worden hierna ‘ [eiseres] ’ en ‘ [gedaagde] ’ genoemd.

1.Het verloop van de procedure

1.1
[eiseres] heeft op 10 juni 2025 in kort geding [gedaagde] gedagvaard.
1.2
De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 19 juni 2025. [gedaagde] is niet verschenen.
1.3
Hierna heeft de kantonrechter de datum voor het vonnis bepaald op heden.

2.De vaststaande feiten

2.1
Partijen hebben op 2 oktober 2024 een huurovereenkomst gesloten met betrekking tot de woning aan de [adres] te [plaats] . Zij heeft toegang tot de woning via een digitale sleutel op haar telefoon.
2.2
Op 23 april 2025 ontving [eiseres] een notificatie op haar telefoon dat haar digitale sleutel van de woning was geblokkeerd. Op 15 mei 2025 heeft [eiseres] via haar gemachtigde [gedaagde] gesommeerd om de toegang tot het gehuurde te herstellen. [gedaagde] heeft niet gereageerd.
2.3
[eiseres] verblijft met haar twee minderjarige kinderen bij vrienden.

3.De vorderingen

3.1
[eiseres] vordert om bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, [gedaagde] te gebieden om haar toegang tot het gehuurde te geven, binnen één dag na de datum van dit vonnis, en de woning voor haar toegankelijk te houden, op straffe van een dwangsom van € 1.000,00 per dag met een maximum van € 100.000,00.
3.2
Aan haar vordering legt [eiseres] nakoming van de huurovereenkomst ten grondslag.
3.3
[gedaagde] is niet verschenen en heeft geen verweer gevoerd.

4.De beoordeling

4.1
Ter zitting heeft de advocaat van [eiseres] gesteld dat de woning is verkocht en overgedragen. Dit blijkt uit de inschrijving in het Kadaster.
4.2
Dit betekent dat [gedaagde] niet langer de eigenaar en verhuurder is. Hoewel de koopovereenkomst tot gevolg heeft dat de huurovereenkomst in stand blijft, is er sprake van een andere verhuurder. De vordering tegen [gedaagde] tot het verschaffen van toegang tot het gehuurde zal de kantonrechter afwijzen.
4.3
De kantonrechter zal [gedaagde] veroordelen in de kosten van deze procedure, omdat hij ervoor had kunnen en moeten zorgen dat [eiseres] deze procedure niet zou starten, door haar toegang te verschaffen zolang hij zelf eigenaar was dan wel te berichten dat hij niet meer aan haar verzoek kon voldoen door de verkoop en overdracht van de woning.
4.4
De proceskosten van [eiseres] worden begroot op:
- dagvaarding € 119,40
- explootkosten € 0,81
- griffierecht € 90,00
- salaris gemachtigde € 543,00
- nakosten € 135,00 (plus de kosten van betekening
zoals vermeld in de beslissing)
----------------------
Totaal € 888,21

5.De beslissing

De kantonrechter
5.1
veroordeelt [gedaagde] in de kosten van deze procedure, vastgesteld op € 888,21;
5.2
verklaart deze kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad;
5.3
wijst de vorderingen overigens af.
Dit vonnis is gewezen door mr. I.F. Dam, kantonrechter, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van 26 juni 2025.