ECLI:NL:RBDHA:2025:14584

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
12 juni 2025
Publicatiedatum
6 augustus 2025
Zaaknummer
24/7299
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van de rechtmatigheid van beperkingen op een medisch certificaat voor commerciële piloten

In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 12 juni 2025, wordt het beroep van eiser tegen de afgifte van een medisch certificaat met beperkingen beoordeeld. Eiser, die sinds 2007 over een commercieel vliegbrevet beschikt, heeft een aanvraag ingediend voor de vernieuwing van zijn medisch certificaat van klasse 1. Na een echocardiogram concludeerde de keuringsarts dat eiser een bicuspide aortaklep met matige stenose heeft, wat leidde tot de oplegging van een Operational Multi-Pilot Limitation (OML) en andere beperkingen. Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen deze beperkingen, maar de rechtbank oordeelt dat het beroep ongegrond is. De rechtbank stelt vast dat de beperkingen zijn opgelegd op basis van de luchtvaartveiligheid en dat er voldoende motivering is voor de OML-beperking. Eiser heeft geen procesbelang bij de beoordeling van de OML en TML-12, omdat hij feitelijk geen last heeft van deze beperkingen. De rechtbank concludeert dat de aan het medisch certificaat verbonden beperkingen rechtmatig zijn en dat verweerder bevoegd was om deze op te leggen. Het beroep is niet-ontvankelijk voor zover het gericht is tegen de OML en TML-12, en voor het overige ongegrond. Eiser krijgt geen griffierecht terug en geen vergoeding van proceskosten.

Uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG
Bestuursrecht
zaaknummer: SGR 24/7299

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 12 juni 2025 in de zaak tussen

[eiser] , uit [woonplaats] , eiser

(gemachtigde: mr. R.M. Schnitker),
en

de minister van Infrastructuur en Waterstaat, verweerder

(gemachtigde: mr. H.J. 't Hart).

Inleiding

1. In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser tegen de afgifte van een medisch certificaat met beperkingen.
1.1.
Bij besluit van 21 maart 2024 is aan eiser een medisch certificaat van klasse 1 met de beperking OML [1] afgegeven. Met het bestreden besluit van 11 juni 2024 heeft verweerder het bezwaar van eiser ongegrond verklaard en nog twee beperkingen toegevoegd aan het medisch certificaat ten behoeve van klasse 2.
1.2.
Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld. Verweerder heeft op het beroep gereageerd met een verweerschrift.
1.3.
De rechtbank heeft het beroep op 17 april 2025 op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen eiser, de gemachtigde van eiser, bijgestaan door drs. W.D. Boon van Ochsee, en de gemachtigde van verweerder, bijgestaan door drs. G.A. Goldhoorn (medisch beoordelaar en luchtvaartgeneeskundige).

Beoordeling door de rechtbank

Waar gaat deze zaak over?
2. Eiser beschikt sinds 2007 over een commercieel vliegbrevet (CPL/ATPL) waarmee hij zowel zakelijke als recreatieve vluchten uitvoert binnen Europa. Om commercieel te mogen vliegen dient eiser tevens te beschikken over een geldig medisch certificaat van klasse 1. [2]
2.1.
Op 27 februari 2024 heeft eiser een aanvraag ingediend voor vernieuwing van zijn medisch certificaat van klasse 1. Voorafgaand aan de herkeuring is op 19 februari 2024 een echocardiogram verricht door cardioloog dr. J. Thijssen. Hierbij concludeerde de cardioloog dat sprake is van een bicuspide aortaklep met matige stenose. [3] Dit was voor keuringsarts dr. M. Di Maio reden om het dossier van eiser door te verwijzen naar de medisch adviseur van de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT). Vervolgens heeft de medisch adviseur een medisch certificaat van klasse 1 afgegeven met daarop (onder meer) een OML-beperking. Deze beperking houdt in dat eiser enkel als tweede piloot of met een bevoegde copiloot mag vliegen.
2.2.
Eiser heeft bezwaar gemaakt tegen de OML-beperking. Vervolgens heeft de medisch beoordelaar de zaak ter beoordeling voorgelegd aan de Onafhankelijk Medisch Adviseurs (OMA’s). In het advies van 31 mei 2024 adviseren de OMA’s om het bezwaar van eiser ongegrond te verklaren en de OML te handhaven. Daarnaast adviseren zij ten behoeve van klasse 2 nog twee beperkingen op te leggen, te weten een ORL [4] en een TML-12 [5] . De ORL houdt in dat eiser enkel alleen (zonder tweede piloot) mag vliegen als er zich geen passagiers aan boord van het luchtvaartuig bevinden. De TML-12 houdt in dat de geldigheidsduur van het medisch certificaat is beperkt tot 12 maanden te rekenen vanaf het moment van de medische keuring.
2.3.
In navolging van het advies van de OMA’s heeft verweerder met het bestreden besluit van 11 juni 2024 het bezwaar van eiser ongegrond verklaard en een medisch certificaat afgegeven met daarop (onder meer) de volgende beperkingen: OML, ORL en TML-12.
Wat vindt eiser in beroep?
3. Eiser vindt dat verweerder onvoldoende heeft gemotiveerd dat het opleggen van de beperkingen in dit geval noodzakelijk is in het kader van de luchtvaartveiligheid. Verder stelt eiser dat een beoordeling van zijn individuele situatie ontbreekt en dat verweerder geen alternatieven heeft overwogen, zoals frequenter keuren of vliegen met minder passagiers. Tot slot stelt eiser dat hij met het bestreden besluit door verweerder in een slechtere positie is gebracht, doordat nog twee beperkingen aan zijn medisch certificaat zijn toegevoegd. Dit is in strijd met het verbod op reformatio in peius.
Wat is het oordeel van de rechtbank?
4. De rechtbank beoordeelt de rechtmatigheid van de aan het medisch certificaat verbonden beperkingen. Zij doet dat aan de hand van de argumenten van eiser, de beroepsgronden.
5. De rechtbank oordeelt dat het beroep ongegrond is. Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.
Procesbelang
6. De rechtbank beoordeelt ambtshalve of eiser procesbelang heeft bij een inhoudelijk oordeel over zijn beroep. Volgens vaste rechtspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) hoeft de bestuursrechter een bij haar ingediend beroep alleen inhoudelijk te beoordelen als de indiener daarbij procesbelang heeft. Dit is het belang dat een indiener van een beroep heeft bij de uitkomst van het beroep. Er is sprake van procesbelang als het resultaat dat eiser met het instellen van het beroep nastreeft ook daadwerkelijk kan worden bereikt en het bereiken van dat resultaat voor hem feitelijk betekenis kan hebben. [6] Met andere woorden, de indiener moet een actueel en reëel belang hebben bij een inhoudelijke beoordeling van het beroep.
6.1.
De rechtbank overweegt als volgt. Eiser is het niet eens met de beperkingen op zijn medisch certificaat. Door de OML- en ORL-beperking mag eiser niet als enige piloot vliegen wanneer er passagiers aan boord zijn. Op de zitting heeft eiser echter aangegeven dat hij feitelijk geen last heeft van de OML-beperking, aangezien hij niet commercieel vliegt. Ook de TML-12 levert in de praktijk geen nadeel op, aangezien eiser inmiddels de leeftijd van 60 jaar heeft bereikt en de geldigheidsduur van het medisch certificaat (ook) om die reden is beperkt. [7] Het belang van eiser ziet naar eigen zeggen met name op het medisch certificaat van klasse 2. De rechtbank is daarom van oordeel dat eiser met betrekking tot de OML en TML-12 geen procesbelang (meer) heeft bij de inhoudelijke beoordeling van zijn beroep. Met betrekking tot de ORL heeft eiser nog wel procesbelang. De rechtbank zal de inhoudelijke beoordeling van het beroep dan ook daartoe beperken.
Wettelijke grondslag ORL-beperking
7. Met betrekking tot de wettelijke grondslag van de ORL-beperking stelt de rechtbank vast dat deze beperking is opgenomen in artikel MED.B.001, onder d, sub 4i van Bijlage IV bij Verordening 1178/2011. Daarmee biedt de Verordening, anders dan eiser stelt, een wettelijke grondslag voor het opleggen van de beperking.
Motivering van de ORL-beperking
8. De rechtbank stelt voorop dat een medisch certificaat alleen mag worden afgegeven, verlengd of hernieuwd als de vereiste medische onderzoeken zijn afgerond en de aanvrager als geschikt is beoordeeld. [8] Niet in geschil is dat bij eiser sprake is van een bicuspide aortaklep met matige stenose. Deze aandoening is progressief.
8.1.
Verweerder heeft zich voor het opleggen van de ORL-beperking gebaseerd op het advies van de OMA’s. Hieruit volgt dat de situatie van eiser sinds het vorige onderzoek in 2023 is verslechterd, in die zin dat de stenose zich van gering naar matig heeft ontwikkeld. De OMA’s hebben geconcludeerd dat de aandoening van eiser vooralsnog niet van zodanige aard is dat hij direct als ongeschikt moet worden beoordeeld. [9] Zij zijn nagegaan of eiser in staat is zijn taken veilig uit te voeren met een of meer beperkingen op zijn medisch certificaat. [10] Op basis van Verordening 1178/2011 kunnen verschillende beperkingen worden opgelegd, waaronder een ORL. [11] Voor de beoordeling welke beperkingen in het geval van eiser passend zouden zijn, hebben de OMA’s zich gebaseerd op de
Acceptable Means of Compliance to Part-MED(AMC) en de
Flowchart – Aortic valve stenosis certificationvan de Nederlandse luchtvaartautoriteit. [12] Dit zijn niet-bindende richtlijnen voor de toepassing van de regelgeving en de beoordeling van de medische geschiktheid. Op basis hiervan hebben zij in het geval van eiser een ORL ten behoeve van klasse 2 noodzakelijk geacht.
8.2.
Omdat de beoordeling van het advies van de OMA’s een specifieke deskundigheid vraagt, heeft verweerder de medisch beoordelaar verzocht om te beoordelen of het advies van de OMA’s kan worden gevolgd. De medisch beoordelaar heeft zich ervan vergewist dat de door de OMA’s gevolgde procedure in overeenstemming is met de daarvoor geldende eisen en dat het onderzoek op een zorgvuldige wijze heeft plaatsgevonden. Door de medisch beoordelaar is geconcludeerd dat het advies op deugdelijke wijze is onderbouwd en in lijn is met vigerende wet- en regelgeving. Verweerder heeft hiermee aan zijn vergewisplicht voldaan en mocht het advies aan het bestreden besluit ten grondslag leggen. De rechtbank ziet in hetgeen door eiser is aangevoerd ook geen concrete aanknopingspunten voor twijfel aan de zorgvuldigheid van de totstandkoming van het advies, de begrijpelijkheid van de in het advies gevolgde redenering of het aansluiten van de conclusies daarop.
8.3.
Verder overweegt de rechtbank dat, anders dan eiser stelt, er wel degelijk een beoordeling van de individuele situatie van eiser heeft plaatsgevonden. De beoordeling is immers gebaseerd op zijn persoonlijke medische gegevens, waaronder het echocardiogram van 19 februari 2024. Op de zitting heeft verweerder toegelicht dat het niet mogelijk is om bij de beoordeling bijvoorbeeld ook de ervaring en/of het aantal vlieguren van een aanvrager te betrekken. Dit zegt namelijk niets over het risico dat diens medische situatie oplevert voor de luchtvaartveiligheid. Met betrekking tot de door eiser voorgestelde alternatieven is de rechtbank het met verweerder eens dat het in de eerste plaats aan eiser is om aan te tonen dat hij via alternatieve middelen aan de gestelde norm kan voldoen. Daarnaast moeten alternatieve wijzen van naleving [13] worden goedgekeurd door de bevoegde autoriteit, in dit geval ILT. Eiser is hierin niet geslaagd.
8.4.
De rechtbank concludeert dat de aan het medisch certificaat verbonden beperking is gebaseerd op regelgeving die de luchtvaartveiligheid reguleert. Verweerder heeft de ORL-beperking op goede gronden opgelegd. Van een motiveringsgebrek is niet gebleken.
Het verbod van reformatio in peius
8.5.
De rechtbank overweegt dat het verbod van reformatio in peius inhoudt dat het indienen van een bezwaarschrift er niet toe mag leiden dat het bestuursorgaan de heroverweging gebruikt om een verslechtering van de positie van de indiener te bereiken die zonder bezwaarschriftprocedure niet mogelijk zou zijn. Van reformatio in peius is geen sprake als het bestuursorgaan ook los van het aanhangig gemaakte bezwaar bevoegd is het bestreden besluit (ambtshalve) ten nadele van betrokkene te wijzigen. [14]
8.6.
Verweerder wijst erop dat de medisch beoordelaar elke beperking mag opleggen die hij nodig acht om de vliegveiligheid te garanderen. [15] Daarnaast is verweerder, los van de bezwaarschriftprocedure, op grond van artikel MED.A.046 van Bijlage IV bij Verordening 1178/2011, zelfstandig bevoegd om een medisch certificaat te schorsen of in te trekken. In dit geval heeft verweerder, naar eigen zeggen, een steek laten vallen door niet tegelijk met het opleggen van de OML ook de ORL op te leggen. Aan beide beperkingen ligt dezelfde overweging ten grondslag, namelijk dat de medische situatie van eiser maakt dat het niet langer verantwoord is dat hij als enige piloot een vliegtuig bestuurt met meerdere personen aan boord. De rechtbank begrijpt dat het toevoegen van de ORL aan het medisch certificaat bij de beslissing op bezwaar voor eiser onverwacht en onaangenaam was. Niettemin stelt de rechtbank vast dat verweerder bevoegd was om dit te doen bij de heroverweging op bezwaar. Er is dan ook geen sprake van strijd met het verbod van reformatio in peius.

Conclusie en gevolgen

9. Het beroep is niet-ontvankelijk voor zover het is gericht tegen de oplegging van de OML en TML-12 wegens het ontbreken van procesbelang. Het beroep is voor het overige ongegrond. Eiser krijgt het griffierecht niet terug. Hij krijgt ook geen vergoeding van zijn proceskosten.

Beslissing

De rechtbank:
- verklaart het beroep niet-ontvankelijk voor zover het is gericht tegen de oplegging van de OML en TML-12;
- verklaart het beroep voor het overige ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. J.L.D. Timmermans, rechter, in aanwezigheid van mr. R.J.P. Lindhout, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 12 juni 2025.
griffier
rechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met deze uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen zes weken na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Kan de indiener de behandeling van het hoger beroep niet afwachten, omdat de zaak spoed heeft, dan kan de indiener de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State vragen om een voorlopige voorziening (een tijdelijke maatregel) te treffen.

Voetnoten

2.Een medisch certificaat van klasse 1 (commercieel piloot) geldt automatisch ook voor klasse 2 (privé-piloot).
3.Een bicuspide aortaklep is een aangeboren hartafwijking waarbij het de hartklep twee klepbladen heeft in plaats van de normale drie. Stenose is een vernauwing van de aortaklep.
6.Zie de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) van 24 december 2019, ECLI:NL:RVS:2019:4044.
7.Na het bereiken van de leeftijd van 60 jaar is een medisch certificaat van klasse 1 nog 6 maanden geldig en dat van klasse 2 nog 12 maanden. Dit volgt uit artikel MED.A.045, onder a, van Bijlage IV bij Verordening 1178/2011.
8.Artikel MED.A.040, onder a, van Bijlage IV bij Verordening 1178/2011.
9.Artikel MED.B.010, onder b, sub 2iv en artikel MED.B.010, onder 3 van Bijlage IV bij Verordening 1178/2011.
10.Artikel MED.B.001, onder a, sub 1iii, van Bijlage IV bij Verordening 1178/2011.
11.Artikel MED.B.001, onder d, sub 4, van Bijlage IV bij Verordening 1178/2011.
12.In Nederland is de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) de nationale luchtvaartautoriteit oftewel de
14.Zie bijvoorbeeld de uitspraak van de Afdeling van 20 november 2024, ECLI:NL:RVS:2024:4734.
15.Dit volgt uit artikel MED.B.001, onder e, van Bijlage IV bij Verordening 1178/2011.