ECLI:NL:RBDHA:2025:14865
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Einduitspraak na bestuurlijke lus over omgevingsvergunning voor dakopbouw in beschermd stadsgezicht
Op 8 juli 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in de zaak tussen het college van burgemeester en wethouders van Den Haag en eiseres, vertegenwoordigd door mr. S.J.C. Hocks. Deze uitspraak volgt op een eerdere tussenuitspraak van 26 november 2024, waarin de rechtbank het college de gelegenheid gaf om gebreken in het bestreden besluit van 6 februari 2023 te herstellen. Het college heeft op 13 februari 2025 een herstelbesluit genomen, waartegen eiseres haar zienswijze heeft ingediend. De rechtbank heeft het onderzoek gesloten zonder nadere zitting.
In de uitspraak wordt vastgesteld dat het college zich op basis van adviezen van de Adviescommissie omgevingskwaliteit en de afdeling Monumentenzorg op het standpunt heeft mogen stellen dat het bouwplan niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. De rechtbank oordeelt dat de oorspronkelijke karakteristiek van het pand niet wordt aangetast en dat de cultuurhistorische waarden van het rijksbeschermd stadsgezicht niet in gevaar komen. Eiseres betoogde dat de omgevingsvergunning voor de dakopbouw niet verleend had mogen worden, maar de rechtbank oordeelt dat het college de in de tussenuitspraak geconstateerde gebreken met het herstelbesluit heeft hersteld.
De rechtbank verklaart het beroep tegen het besluit van 6 februari 2023 niet-ontvankelijk en het beroep tegen het herstelbesluit ongegrond. Tevens wordt bepaald dat het college het griffierecht van € 365,- aan eiseres moet vergoeden. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.