ECLI:NL:RBDHA:2025:14953
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen vrijheidsbeperkende maatregel opgelegd aan vreemdeling
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 12 augustus 2025 uitspraak gedaan in een beroep tegen een vrijheidsbeperkende maatregel opgelegd aan een vreemdeling, eiser, van Marokkaanse nationaliteit. De maatregel, die op 14 juli 2025 door de minister van Asiel en Migratie is opgelegd, verplichtte eiser om te verblijven in de gemeente Westerwolde, specifiek in de vrijheidsbeperkende locatie (VBL) Ter Apel. Eiser heeft beroep ingesteld tegen deze maatregel, waarbij hij werd bijgestaan door een gemachtigde en een tolk. De rechtbank heeft het beroep op zitting behandeld en het onderzoek gesloten.
De rechtbank overweegt dat de minister de maatregel heeft opgelegd omdat eiser niet heeft voldaan aan zijn rechtsplicht om Nederland te verlaten en geen vaste woon- of verblijfsplaats heeft. Eiser voerde aan dat hij rechtmatig verblijf had op basis van een aanvraag voor uitstel van vertrek, maar de rechtbank oordeelt dat dit uitstel was verlopen en dat eiser derhalve geen rechtmatig verblijf meer had. De rechtbank concludeert dat de beroepsgronden van eiser niet slagen en verklaart het beroep ongegrond. De rechtbank wijst erop dat de minister de maatregel deugdelijk heeft gemotiveerd en dat de belangen van eiser niet zwaarder wegen dan het belang van de overheid bij het beschikbaar houden van eiser voor het vertrekproces. Eiser's verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.