In deze tussenuitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 13 augustus 2025, wordt het beroep van een Syrische eiser tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag behandeld. De eiser, geboren in 1978, heeft asiel aangevraagd in Nederland op 7 september 2022, en zijn aanvraag is afgewezen door de minister van Asiel en Migratie op 17 juni 2024. De rechtbank behandelt de argumenten van de eiser, die stelt dat hij bij terugkeer naar Syrië risico's loopt vanwege de onveilige situatie in het land en zijn verleden met de veiligheidsdienst van Assad. De rechtbank oordeelt dat de minister ten onrechte geen rekening heeft gehouden met de risico's die de eiser loopt bij terugkeer, vooral gezien de recente ontwikkelingen in Syrië. De rechtbank besluit dat de minister de eiser aanvullend moet horen over deze risico's en verzoekt om een aanvullend besluit binnen twee weken. De rechtbank houdt verdere beslissingen aan en stelt een tijdschema op voor de vervolgprocedure.