ECLI:NL:RBDHA:2025:15454
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in disciplinaire ontslagzaak van ambtenaar bij Defensie
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 5 augustus 2025 uitspraak gedaan op het verzoek om een voorlopige voorziening van een ambtenaar werkzaam bij het burgerpersoneel van Defensie. De ambtenaar, verzoeker, had een disciplinaire straf van ontslag opgelegd gekregen wegens plichtsverzuim, specifiek het zonder toestemming meenemen van bestratingsmateriaal en het gebruik van een Defensievoertuig voor privédoeleinden. Verzoeker erkende de gedragingen, maar vond de straf onevenredig, vooral gezien zijn lange dienstverband en eerdere waarschuwingen voor plichtsverzuim. De voorzieningenrechter oordeelde echter dat de disciplinaire straf niet onevenredig was, gezien de ernst van de gedragingen en het belang van integriteit binnen de organisatie. De voorzieningenrechter wees het verzoek om een voorlopige voorziening af, met de conclusie dat het bezwaar tegen het bestreden besluit geen redelijke kans van slagen had. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open.