ECLI:NL:RBDHA:2025:15455

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
12 juni 2025
Publicatiedatum
19 augustus 2025
Zaaknummer
AWB - 25 _ 3801
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schorsing cursusdata door CBR in verband met verzoek om voorlopige voorziening

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 12 juni 2025 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, woonachtig in Zwitserland, had een cursus over verantwoord rijgedrag (LEMG) opgelegd gekregen door de directie van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) op 21 januari 2025. Na bezwaar tegen dit besluit, dat op 15 april 2025 werd afgewezen, heeft verzoeker beroep ingesteld bij de rechtbank Midden-Nederland. Dit beroep werd doorgezonden naar de Rechtbank Den Haag, waar het werd geregistreerd onder zaaknummer SGR 25/3801.

De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:83, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) een ordemaatregel getroffen. De voorzieningenrechter heeft bepaald dat de door verweerder vastgestelde cursusdata, die op 13 juni en 20 juni 2025 gepland stonden, worden geschorst. Dit besluit is genomen omdat het verzoek om een voorlopige voorziening niet op korte termijn kon worden behandeld, en om te voorkomen dat verzoeker in zijn belangen zou worden geschaad. De beslissing is op 12 juni 2025 in het openbaar uitgesproken en is aan partijen meegedeeld via e-mail.

De voorzieningenrechter heeft benadrukt dat er geen hoger beroep of verzet openstaat tegen deze uitspraak. De zaak betreft de schorsing van cursusdata in het kader van de oplegging van een educatieve maatregel door het CBR, en de noodzaak om een spoedige beslissing te nemen in het belang van verzoeker.

Uitspraak

Rechtbank DEN Haag
Bestuursrecht
zaaknummer: SGR 25/3801

uitspraak van de voorzieningenrechter van 12 juni 2025 in de zaak tussen

[verzoeker] , te [woonplaats] , Zwitserland, verzoeker,

tegen

de directie van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR), verweerder.

Inleiding

1. Met het (primaire) besluit van 21 januari 2025 heeft verweerder verzoeker een cursus over verantwoord rijgedrag (LEMG [1] ) opgelegd.
1.1.
Met het bestreden besluit van 15 april 2025 op het bezwaar van verzoeker is
verweerder bij dat besluit gebleven.
1.2.
Verzoeker heeft beroep ingesteld tegen het bestreden besluit bij de
rechtbank Midden-Nederland (UTR 25/3142). De rechtbank Midden-Nederland heeft het beroep doorgezonden naar deze rechtbank. Het beroep is bij de rechtbank Midden-Nederland geregistreerd met zaaknummer SGR 25/3142. Verzoeker heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank Midden-Nederland verzocht om een voorlopige voorziening te treffen (UTR 25/3331). De rechtbank Midden-Nederland heeft het verzoek doorgezonden naar deze rechtbank. Het verzoek is bij deze rechtbank geregistreerd met zaaknummer SGR 25/3801.
1.3.
Verweerder heeft de gedingstukken en het verweerschrift op 6 juni 2025 ingediend.
Verweerder stemt niet in met het door verzoeker gevraagde uitstel voor het volgen van de cursus.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

2. In artikel 8:83, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is bepaald dat
de voorzieningenrechter zonder zitting uitspraak kan doen indien onverwijlde spoed dat vereist en partijen daardoor niet in hun belangen worden geschaad.
De voorzieningenrechter ziet aanleiding om van deze mogelijkheid gebruik te maken.
3. Verweerder heeft verzoeker bij brief van 23 april 2025 meegedeeld dat hij uiterlijk
op 7 mei 2025 de opgelegde cursus moet inplannen. De cursus wordt op verschillende locaties gegeven. Indien verzoeker niet binnen twee weken reserveert, dan zal verweerder de cursus voor verzoeker inplannen. Verzoeker krijgt dan een bevestiging met de cursusdata en deze cursusdata kunnen dan niet meer worden aangepast.
4. Bij brief van 8 mei 2025 heeft verweerder de cursusdata ingepland op 13 juni 2025
(middag) en op 20 juni 2025 (middag) op de locatie Eindhoven. Op 11 juli 2025 wordt de cursus afgesloten met een eindgesprek, dat online plaatsvindt via beeldbellen.
5. Nu het om organisatorische redenen niet mogelijk blijkt om het verzoek op korte
termijn te behandelen, ziet de voorzieningenrechter aanleiding om buiten zitting onmiddellijk een ordemaatregel te treffen, zoals vermeld onder beslissing in deze uitspraak. De beslissing is partijen bij e-mail van 12 juni 2025 meegedeeld.
6. De behandeling van het verzoek zal worden voortgezet.

Beslissing

De voorzieningenrechter
- bepaalt bij wijze van ordemaatregel dat de door verweerder bij brief van 8 mei 2025 vastgestelde cursusdata worden geschorst en door verweerder geen nieuwe cursusdata worden vastgesteld tot uitspraak zal zijn gedaan op het verzoek om een voorlopige voorziening van verzoeker hangende het beroep tegen het bestreden besluit van 15 april 2025.
Deze uitspraak is gedaan door mr. C.W. Griffioen, rechter, in aanwezigheid van A.J. van Rossum, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 12 juni 2025.
griffier voorzieningenrechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Voetnoten

1.Licht Educatieve Maatregel Gedrag en Verkeer.