ECLI:NL:RBDHA:2025:15455
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Schorsing cursusdata door CBR in verband met verzoek om voorlopige voorziening
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 12 juni 2025 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoeker, woonachtig in Zwitserland, had een cursus over verantwoord rijgedrag (LEMG) opgelegd gekregen door de directie van het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) op 21 januari 2025. Na bezwaar tegen dit besluit, dat op 15 april 2025 werd afgewezen, heeft verzoeker beroep ingesteld bij de rechtbank Midden-Nederland. Dit beroep werd doorgezonden naar de Rechtbank Den Haag, waar het werd geregistreerd onder zaaknummer SGR 25/3801.
De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:83, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) een ordemaatregel getroffen. De voorzieningenrechter heeft bepaald dat de door verweerder vastgestelde cursusdata, die op 13 juni en 20 juni 2025 gepland stonden, worden geschorst. Dit besluit is genomen omdat het verzoek om een voorlopige voorziening niet op korte termijn kon worden behandeld, en om te voorkomen dat verzoeker in zijn belangen zou worden geschaad. De beslissing is op 12 juni 2025 in het openbaar uitgesproken en is aan partijen meegedeeld via e-mail.
De voorzieningenrechter heeft benadrukt dat er geen hoger beroep of verzet openstaat tegen deze uitspraak. De zaak betreft de schorsing van cursusdata in het kader van de oplegging van een educatieve maatregel door het CBR, en de noodzaak om een spoedige beslissing te nemen in het belang van verzoeker.