ECLI:NL:RBDHA:2025:15459

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
5 juni 2025
Publicatiedatum
19 augustus 2025
Zaaknummer
AWB - 25 _ 1752
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Voorlopige voorziening
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vervallenverklaring van een uitspraak inzake voorlopige voorziening in bestuursrechtelijke subsidieaanvraag

In deze zaak heeft de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid LG Sonic B.V. bezwaar gemaakt tegen een besluit van de minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp, waarbij haar aanvraag voor een subsidie op grond van het subsidieprogramma Ukraine Partnership Facility (UPF) is afgewezen. De verzoekster heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank Midden-Nederland verzocht om een voorlopige voorziening te treffen, maar dit verzoek is op 25 april 2025 niet-ontvankelijk verklaard omdat het griffierecht niet tijdig was voldaan. De rechtbank Midden-Nederland heeft het verzoek doorgezonden naar de Rechtbank Den Haag, waar het geregistreerd is onder zaaknummer SGR 25/1752.

De voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag heeft op 5 juni 2025 de uitspraak van 25 april 2025 vervallen verklaard. Dit gebeurde omdat gebleken is dat verzoekster het griffierecht wel degelijk had voldaan bij de rechtbank Midden-Nederland, maar dit niet was onderkend door de Rechtbank Den Haag. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de vervallenverklaring een buitenwettelijk middel is dat in bijzondere omstandigheden kan worden toegepast, en in dit geval was er aanleiding om de eerdere uitspraak te herzien. De beslissing is openbaar uitgesproken en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze uitspraak.

Uitspraak

Rechtbank DEN Haag
Bestuursrecht
zaaknummer: SGR 25/1752
uitspraak van de voorzieningenrechter van 5 juni 2025 tot vervallenverklaring van de uitspraak van de voorzieningenrechter van 25 april 2025 op het verzoek om voorlopige voorziening van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid LG Sonic B.V., te Zoetermeer, verzoekster
(gemachtigde mr. K. Yousef),
tegen

de minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp, verweerder

(gemachtigde: mr. P.J. Kooiman).

Inleiding

1.1.
Verzoekster heeft bezwaar gemaakt tegen het besluit van verweerder van
24 januari 2025, waarbij de aanvraag van verzoekster van 30 oktober 2024 om toekenning
van een subsidie op grond van het subsidieprogramma Ukraine Partnership Facility (UPF) is afgewezen.
1.2.
Verzoekster heeft de voorzieningenrechter van de rechtbank Midden-Nederland
verzocht om een voorlopige voorziening te treffen (UTR 25/1467). De rechtbank Midden-Nederland heeft het verzoek op 5 maart 2025 doorgezonden naar deze rechtbank (hier geregistreerd met zaaknummer SGR 25/1752).
1.3.
Bij uitspraak van de voorzieningenrechter van deze rechtbank van 25 april 2025 is
het verzoek om een voorlopige voorziening niet-ontvankelijk verklaard, omdat het griffierecht niet (tijdig) is voldaan.
1.4.
Verzoekster heeft daarop gereageerd.

Beoordeling door de voorzieningenrechter

2. Een vervallenverklaring is een buitenwettelijk middel dat slechts in zeer bijzondere
omstandigheden wordt gehanteerd. Het dient uitsluitend tot herstel van evidente, niet voor rectificatie vatbare fouten die niet door het instellen van enig rechtsmiddel kunnen worden ondervangen. [1]
3. Gebleken is dat verzoekster het griffierecht heeft voldaan bij de rechtbank
Midden-Nederland en dat dit abusievelijk niet is onderkend bij deze rechtbank.
Hierin wordt aanleiding gezien om de uitspraak van 25 april 2025 vervallen te
verklaren en de zaak voort te zetten in de stand waarin deze zich bevond.

Beslissing

De voorzieningenrechter
- verklaart de uitspraak van 25 april 2025 in deze zaak vervallen.
Deze uitspraak is gedaan door mr. D. Biever, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van A.J. van Rossum, griffier. De beslissing is in het openbaar uitgesproken op 5 juni 2025.
griffier voorzieningenrechter
Een afschrift van deze uitspraak is verzonden aan partijen op:

Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.

Voetnoten

1.Zie ook de uitspraak van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State (de Afdeling) van 17 april 2024, ECLI:NL:RVS:2024:1620.