ECLI:NL:RBDHA:2025:16011
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen terugkeerbesluit van de minister van Asiel en Migratie wegens niet-betaling griffierecht
Deze uitspraak betreft het beroep van eiser tegen het terugkeerbesluit van de minister van Asiel en Migratie, gedateerd 26 mei 2025. De rechtbank heeft besloten om partijen niet uit te nodigen voor een zitting, omdat eiser het griffierecht niet heeft betaald. Volgens artikel 8:41, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is het verplicht om griffierecht te betalen bij het indienen van een beroep. In dit geval bedraagt het griffierecht € 194,-. De rechtbank heeft eiser op 25 juni 2025 een aangetekende nota gestuurd, waarin hij werd geïnformeerd dat het griffierecht binnen twee weken moest worden betaald. Tevens werd vermeld dat het beroep niet-ontvankelijk verklaard kan worden als het griffierecht niet tijdig wordt betaald.
Eiser heeft het griffierecht echter niet betaald en heeft geen geldige reden opgegeven voor deze niet-betaling. De rechtbank heeft vastgesteld dat er geen aanleiding is om het beroep inhoudelijk te behandelen, aangezien de hoofdregel is dat het beroep niet-ontvankelijk is als het griffierecht niet (tijdig) is betaald. De rechtbank heeft daarom besloten om het beroep niet inhoudelijk te behandelen en het beroep kennelijk niet-ontvankelijk te verklaren op basis van artikel 8:54 Awb. Er is geen aanleiding voor een vergoeding van de proceskosten. De uitspraak is gedaan door mr. R.J.A. Schaaf, rechter, in aanwezigheid van mr. A.W. van Eerden, griffier, en is openbaar uitgesproken op 21 augustus 2025.