Uitspraak
Echtscheiding met nevenvoorzieningen
Beschikking op het op 29 juli 2024 ingekomen verzoek van:
[de vrouw] ,
[de man] ,
Procedure
- het verzoekschrift;
- het bericht van 23 augustus 2024, met bijlage, van de vrouw;
- het verweerschrift met zelfstandige verzoeken van 4 november 2024 van de man;
- de brief van 9 juli 2025 van de vrouw;
- de brief van 21 juli 2025 van de man.
Feiten
- De man en de vrouw zijn gehuwd op [dag] 2018 te [plaats 1] , Afghanistan.
- Blijkens de uittreksels uit de Basisregistratie Personen (Brp) hebben de man en de vrouw de Nederlandse nationaliteit. Zij hebben ook allebei de Afghaanse nationaliteit.
Verzoek en verweer
- bepaling dat de man binnen 14 dagen na de te dezen te geven beschikking zijn medewerking verleent aan de totstandkoming van de ontbinding van het religieus huwelijk, waarbij hij alle noodzakelijke handelingen verricht die volgens het islamitisch recht noodzakelijk zijn om het religieus huwelijk tussen partijen te ontbinden;
- veroordeling van de man tot betaling van € 3.947,35 aan de vrouw in verband met haar bruidsgave;
- bepaling dat de man aan de vrouw dient te voldoen een bedrag van € 3.627,50 te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van de inschrijving van de echtscheidingsbeschikking in de daartoe bestemde registers tot aan de dag der algehele voldoening;
- toedeling aan de man van het huurrecht van de echtelijke woning aan de [adres] ( [postcode] ) te [plaats 2] ;
- vaststelling van de wijze van verdeling van de huwelijksgemeenschap, conform het voorstel van de man zoals neergelegd in de punten 13 tot en met 22 van het verweerschrift;
- bepaling dat de vrouw aan de man dient te voldoen, binnen zeven dagen na de te wijzen beschikking, een bedrag van € 7.372,32, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van de inschrijving van de echtscheidingsbeschikking in de registers van de burgerlijke stand tot aan de dag der algehele voldoening, terzake de verdeling en verrekening van de bankrekeningen en banksaldi sub a tot en met c zoals vermeld in punt 16 van het verweerschrift;
- veroordeling van de vrouw tot betaling van een bedrag van € 23.000,-, subsidiair de helft van dit bedrag (€ 11.500,-), zulks binnen veertien dagen te voldoen na inschrijving van de echtscheidingsbeschikking in de registers van de burgerlijke stand;
Beoordeling
they got married Dated on (25/04/1397) same to ( [dag] 2018) in [hotel] Hotel under marriage portion amount of (300,000 Afghanis)’.
they got married (…) under marriage portion amount of (300,000 Afghanis)’. De rechtbank is van oordeel dat hieruit kan worden opgemaakt dat een bruidsgave van 300.000 Afghani is afgesproken. Dat ligt ook in lijn met het Afghaans recht ten aanzien van het huwelijk dat de man bij de gelegenheid van de huwelijkssluiting een bruidsgave verschuldigd is aan de vrouw. Bovendien heeft de man niet toegelicht wat er zijns inziens dan is bedoeld met deze overweging in de huwelijksakte. De rechtbank gaat dus voorbij aan het primaire standpunt van de man en neemt als uitgangspunt dat is afgesproken dat de man een bruidsgave aan de vrouw moet voldoen. Aangezien de vrouw onweersproken heeft gesteld dat 300.000 Afghani omgerekend € 3.947,35 is, zal de rechtbank daarvanuit gaan.