ECLI:NL:RBDHA:2025:16399

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
21 augustus 2025
Publicatiedatum
4 september 2025
Zaaknummer
NL25.18159 NL25.18160
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing asielaanvragen van Somaliërs met vrees voor Al Shabaab en herbesnijdenis

In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Utrecht, zijn de asielaanvragen van een moeder en haar zoon afgewezen. De eisers, van Somalische nationaliteit, hebben op 17 april 2025 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel. De minister van Asiel en Migratie heeft deze aanvragen op 11 en 15 april 2025 afgewezen, omdat de minister de vrees voor vervolging door Al Shabaab en de vrees voor herbesnijdenis niet aannemelijk achtte. De rechtbank heeft de beroepen op 13 augustus 2025 gezamenlijk behandeld. De rechtbank concludeert dat de afwijzing van de asielaanvragen in stand kan blijven. De rechtbank oordeelt dat de minister voldoende gemotiveerd heeft waarom de door eisers gestelde problemen met Al Shabaab ongeloofwaardig zijn. De rechtbank stelt vast dat de identiteit, nationaliteit en herkomst van eisers geloofwaardig zijn, maar dat er geen gegronde vrees voor vervolging of een reëel risico op ernstige schade bij terugkeer naar Somalië is. De rechtbank heeft ook de medische omstandigheden van eiseres en haar dochter beoordeeld, maar concludeert dat er geen juridische grondslag is voor een verlening van een vergunning op medische gronden. De rechtbank verklaart de beroepen ongegrond en wijst de verzoeken om vergoeding van proceskosten af.

Uitspraak

uitspraak

RECHTBANK DEN HAAG

Zittingsplaats Utrecht
Bestuursrecht
zaaknummers: NL25.18159 en NL25.18160
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] ,V-nummer: [V-nummer] , eiser en
[eiseres] ,V-nummer: [V-nummer] , eiseres
mede namens haar minderjarige kinderen
[minderjarige 1] , V-nummer [V-nummer] ,
[minderjarige 2] , V-nummer [V-nummer] ,
[minderjarige 3] , V-nummer [V-nummer] ,
[minderjarige 4] , V-nummer [V-nummer] en
[minderjarige 5] , V-nummer [V-nummer] , samen: eisers
(gemachtigde: mr. A.G.P. de Boon), en
de Minister van Asiel en Migratie, verweerder (gemachtigde: mr. C.J. Ohrtmann).

Samenvatting

1. Deze uitspraak gaat over de afwijzing van de asielaanvraag van eisers als bedoeld in artikel 28 van de Vreemdelingenwet 2000 (Vw). Eisers zijn het hier niet mee eens. Zij voeren daartoe een aantal beroepsgronden aan. Aan de hand van deze beroepsgronden beoordeelt de rechtbank de afwijzing van de asielaanvragen.
1.1.
De rechtbank komt in deze uitspraak tot het oordeel dat de afwijzing van de asielaanvragen in stand kan blijven. Hieronder legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt en welke gevolgen dit oordeel heeft.

Procesverloop

2. Eisers hebben op 17 april 2025 een aanvraag om verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd ingediend. Zij stellen van Somalische nationaliteit te zijn en te zijn geboren op respectievelijk [geboortedatum] 2008, [geboortedatum] 1985, [geboortedatum] 2009, [geboortedatum] 2010, [geboortedatum] 2011, [geboortedatum] 2012 en [geboortedatum] 2014. De minister heeft met de bestreden besluit van 11 april 2025 en 15 april 2025 deze aanvragen in de algemene procedure afgewezen als ongegrond.
2.1.
Eisers hebben beroep ingesteld tegen de bestreden besluiten. Het beroep van eiser is geregistreerd onder zaaknummer NL25.18160 en die van eiseres onder NL25.18159.
2.2.
De rechtbank heeft de beroepen op 13 augustus 2025 gezamenlijk op zitting behandeld. Hieraan hebben deelgenomen: eisers, de gemachtigde van eisers en mevrouw K. Ali als tolk.

Beoordeling door de rechtbank

Het asielrelaas van eiser
3. Eiser heeft aan zijn asielaanvraag ten grondslag gelegd dat hij op een dag bij de Koranschool samen met andere leerlingen is benaderd door drie gewapende mannen die een papieren lijst met namen bij zich hadden. De mannen overlegden met de leraar en hebben vervolgens namen opgelezen van mensen die met hen mee moesten. Eiser, zijn broer en hun buurjongen [naam] zijn samen met zes andere jongens meegenomen door Al-Shabaab. Zij moesten achter hen aanlopen. Tijdens de tocht gingen twee mannen van Al Shabaab water halen en werd een van de mannen achtergelaten om de negen jongens te bewaken. Deze bewaker is in slaap gevallen en toen zijn eiser, zijn broer en [naam] gevlucht. Bij terugkeer naar huis trof eiser zijn bezorgde moeder aan die vanwege deze gebeurtenis meteen heeft geregeld dat hij weg kon.

Het bestreden besluit van eiser

4. Het asielrelaas van eiser bevat volgens de minister de volgende relevante elementen:
de identiteit, nationaliteit en herkomst; en
de problemen met Al-Shabaab.
5. De minister acht de identiteit, nationaliteit en herkomst van eiser geloofwaardig. Dit leidt niet tot een gegronde vrees voor vervolging of een reëel risico op ernstige schade bij terugkeer naar Somalië. De minister vindt eisers verklaringen over de problemen met Al-Shabaab niet geloofwaardig. In dit kader werpt de minister aan eiser tegen dat hij zijn verklaringen niet met documenten heeft onderbouwd. Verder vormen zijn verklaringen geen samenhangend geheel, zijn deze op punten tegenstrijdig, onvoldoende concreet en summier. De minister heeft de asielaanvraag daarom afgewezen als ongegrond. Daarnaast is een terugkeerbesluit, gericht op vertrek naar Somalië, met een vertrektermijn van vier weken aan eiser opgelegd.

Het asielrelaas van eiseres

6. Eiseres heeft aan haar asielaanvraag ten grondslag gelegd dat haar zonen, [eiser] en [minderjarige 1] , bij de Koranschool zijn meegenomen door Al-Shabaab. De man van eiseres en haar oudste zoon waren toen al twee jaar vermist na een aanval door Al-Shabaab. [eiser] en [minderjarige 1] hebben weten te ontsnappen en bij hun terugkeer thuis is eiseres met haar kinderen naar een kennis in een dorp verderop vertrokken. Daar heeft eiseres één nacht verbleven en is zij met behulp van de echtgenoot van deze kennis in contact gekomen met een chauffeur. Deze chauffeur heeft eiseres naar [plaats 1] naar een smokkelaar gebracht. Daar heeft zij 7 tot 10 dagen verbleven waarna zij naar [plaats 2] is gebracht waarna zij de Keniaanse grens is overgestoken. Vervolgens is eiseres naar Nederland gevlucht. Bij terugkeer vreest eiseres gedood te worden door Al Shabaab omdat zij haar kinderen die door Al Shabaab geronseld werden heeft meegenomen op de vlucht.
Het bestreden besluit van eiseres
7. Het asielrelaas van eiseres bevat volgens de minister de volgende relevante elementen:
de identiteit, nationaliteit en herkomst; en
de positie als alleenstaande vrouw in de zin van de Vreemdelingencirculaire 2000 (Vc).
8. De minister acht de identiteit, nationaliteit en herkomst van eiseres geloofwaardig. De minister acht niet geloofwaardig dat eiseres moet worden aangemerkt als een alleenstaande vrouw. De minister heeft de geloofwaardige asielmotieven en feiten en omstandigheden verder beoordeeld. De minister concludeert dat uit de verklaringen van eiseres niet blijkt dat zij een gegronde vrees voor vervolging heeft. De minister acht de vrees voor herbesnijdenis van de dochters van eiseres niet aannemelijk. Ook neemt de minister geen reëel risico op ernstige schade aan. De minister heeft de asielaanvraag daarom afgewezen als ongegrond. Daarnaast is een terugkeerbesluit, gericht op vertrek naar Somalië, met een vertrektermijn van vier weken aan eiser opgelegd.

Problemen van eiser met Al-Shabaab

9. Eiser voert aan dat er onvoldoende rekening is gehouden met zijn referentiekader. Eiser is een minderjarige jongen die zijn hele leven op het platteland heeft gewoond en, behalve zes maanden Koranschool, geen scholing heeft gehad.
10. Deze grond slaagt niet. Uit het nader gehoor noch uit het bestreden besluit volgt dat onvoldoende rekening is gehouden met eisers referentiekader. Er is meermaals gevraagd of eiser de vragen van de hoormedewerker heeft begrepen, vragen zijn herhaald als eiser ze niet goed begreep en uit het gehoor is niet af te leiden dat er moeilijke vragen zijn gesteld. Ook is tijdens het gehoor waar nodig extra uitleg aan eiser gegeven over wat er met de vraag werd bedoeld en wat er van eiser werd verwacht. Verder heeft eiser de mogelijkheid gekregen om een schatting te maken als hij geen exacte tijden, data of aantallen wist te noemen. In het voornemen staat ook dat er rekening mee is gehouden met de jonge leeftijd van eiser ten tijde van de problemen en zijn opleidingsniveau.
11. De minister heeft aan eiser, ondanks zijn minderjarige leeftijd en opleidingsniveau, kunnen tegenwerpen dat hij summier heeft verklaard over de Koranschool en over het incident met Al-Shabaab. Zo kan eiser geen schatting maken van de grootte van de groep jongens met wie hij les kreeg en kan hij geen namen noemen van zijn klasgenoten, anders dan zijn broer en buurjongen. Volgens de verklaringen van eiseres heeft eiser gedurende zes maanden lang vijf dagen per week lessen aan de Koranschool gevolgd, zodat van hem verwacht mag worden dat hij meer informatie kan verschaffen. Verder heeft de minister aan eiser kunnen tegenwerpen dat hij tegenstrijdig heeft verklaard over of hij persoonlijk is benaderd door Al-Shabaab. Tijdens het verhoor op 1 april 2023 is aan eiser gevraagd of hij is benaderd door groeperingen. Eiser heeft daarop verklaard dat hij niet persoonlijk door Al-Shabaab is benaderd, maar dat zij wel bij zijn ouders zijn geweest. Vervolgens heeft eiser tijdens het nader gehoor verklaard dat hij door Al-Shabaab is ontvoerd, waarmee sprake is van een persoonlijke benadering. De stelling van eiser dat hij niet begreep wat ‘persoonlijk benaderen’ inhield heeft de minister onvoldoende kunnen achten. Deze term is namelijk door eiser zelf gebruikt en komt niet van de minister af. De rechtbank is van oordeel dat de minister hiermee deugdelijk heeft gemotiveerd waarom de door eiser gestelde problemen met Al-Shabaab ongeloofwaardig zijn.
Alleenstaande vrouw
13. Eiseres voert aan dat de minister ten onrechte ongeloofwaardig vindt dat zij moet worden aangemerkt als een alleenstaande vrouw. Eiseres heeft geen netwerk in Somalië. Zij woonde bij haar schoonmoeder en die zorgde voor haar en de kinderen. Dat eiseres groenten en/of fruit op de markt verkocht was geen keuze, zij moest dit doen om geld te verdienen en zo te kunnen overleven. Zij kon alleen werken, omdat haar schoonmoeder thuis voor de kinderen zorgde. Verder vroeg Al-Shabaab haar om zakawat te betalen.
14. De rechtbank stelt vast dat in paragraaf C7/30.3.2.2 van de Vc voor Zuid- en Centraal-Somalië alleenstaande vrouwen als risicoprofiel worden aangemerkt. Bij de vraag of een vrouw in Somalië als alleenstaand wordt gezien en daarom bescherming behoeft wordt onder andere meegewogen of, en hoe, zij zich in het verleden zelfstandig heeft kunnen handhaven in het dagelijks leven in Somalië.
15. De rechtbank is van oordeel dat verweerder zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat eiseres haar vrees voor terugkeer omdat zij als alleenstaande vrouw moet worden aangemerkt, niet aannemelijk heeft gemaakt. Uit de verklaringen van eiseres volgt dat zij zich zelfstandig heeft kunnen handhaven. Sinds de verdwijning van haar echtgenoot heeft eiseres zelfstandig voor haar gezin gezorgd. Eiseres verdiende geld met verkoop op de markt en heeft naar eigen zeggen zelf geen problemen ondervonden. De eerst in beroep ingenomen stelling dat zij alleen kon werken doordat haar schoonmoeder oppaste op haar kinderen is niet onderbouwd en vindt geen steun in de verklaringen van eiseres tijdens de gehoren. Eiseres heeft namelijk verklaard dat haar schoonmoeder voordat eiseres is vertrokken is overleden (p. 20 nader gehoor) en dat eiseres de opvoeding van haar kinderen volledig zelfstandig deed (p. 21 nader gehoor). Ook de eerst in beroep ingenomen stelling dat eiseres zakawat moest betalen aan Al-Shabaab is niet nader onderbouwd en vindt geen steun in haar eerdere verklaringen.

Reëel risico op ernstige schade

Vrees herbesnijdenis
16. Eiseres voert aan dat zij vreest voor herbesnijdenis van haar dochters bij terugkeer naar Somalië. In de omgeving waar eiseres vandaan komt gelooft men dat een vrouw volledig moet zijn besneden. Eiseres zou zelf nooit kenbaar maken dat haar dochters niet volledig zijn besneden, maar omdat jongeren onderling praten zou dit bekend kunnen worden. Ook bij een huwelijk zal dit bekend worden.
17. De rechtbank is van oordeel dat de minister zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat eiseres haar vrees voor herbesnijdenis van haar dochters niet aannemelijk heeft gemaakt. Uit de in het bestreden besluit aangehaalde bronnen blijkt dat herbesnijdenis voorkomt in Somalië, maat dat dit vooral veel voorkomt bij of na de bevalling van een kind. Uit de stukken volgt niet dat vrouwen die terugkeren naar Somalië vanuit het westen meer kans hebben op herbesnijdenis. Als sprake is van herbesnijdenis dan is dat vaak door sociale druk van familie. Uit de verklaringen van eiseres volgt dat zij zelf tegen besnijdenis is en dat zij geen familie meer heeft in Somalië, zodat de minister ook daarin geen reden heeft hoeven zien om een reëel risico op herbesnijdenis aan te nemen.
Algemene veiligheidssituatie
18. Eisers voeren aan dat zij een reëel risico op ernstige schade lopen. De plaats waar zij uit afkomstig zijn, [plaats 3] , staat namelijk onder controle van Al-Shabaab.
19. Naar het oordeel van de rechtbank heeft de minister zich, onder verwijzing naar algemeen ambtsbericht Somalië van april 2025, voldoende gemotiveerd op het standpunt gesteld dat eisers niet aannemelijk hebben gemaakt dat zij bij terugkeer naar [plaats 3] louter door hun aanwezigheid een reëel risico lopen op ernstige schade in de zin van artikel 15, aanhef en onder c, van de Kwalificatierichtlijn. Zoals de minister niet ten onrechte heeft overwogen staat [plaats 3] onder ‘mixed control’ en dus niet onder controle van Al- Shabaab. Dat, zoals eisers ter zitting hebben aangevoerd, de Somalische overheid zich uit dit gebied heeft teruggetrokken, is onvoldoende om tot een ander oordeel te komen.

Medische omstandigheden eiseres en [minderjarige 5]

20. Eiseres voert nog aan dat aan haar en haar kinderen een verblijfsvergunning op medische gronden dient te worden verleend. Haar dochter [minderjarige 5] is aan een oog blind en de medische zorg in Nederland is voor haar van belang. Eiseres heeft astma en krijgt daarvoor medicatie en is daarvoor ook afhankelijk van zorg in Nederland.
21. Deze beroepsgrond slaagt niet. Zoals ter zitting ook is erkend door eisers staan eiseres en [minderjarige 5] niet onder medische behandeling en bestaat er geen juridische grondslag voor een verlening van een vergunning vanwege hun medische omstandigheden.

Conclusie en gevolgen

22. De minister heeft de aanvragen terecht afgewezen als ongegrond. Tegen de terugkeerbesluiten hebben eisers geen gemotiveerde beroepsgronden ingediend. De beroepen zijn ongegrond. Dat betekent dat eisers geen gelijk krijgen. Eisers krijgen ook geen vergoeding van hun proceskosten.

Beslissing

De rechtbank verklaart de beroepen ongegrond.
Deze uitspraak is gedaan door mr. N.M. Spelt, rechter, in aanwezigheid van mr. L.S. Lodder, griffier.
Uitgesproken in het openbaar en bekendgemaakt op:
21 augustus 2025

Informatie over hoger beroep

Een partij die het niet eens is met deze uitspraak, kan een hogerberoepschrift sturen naar de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State waarin wordt uitgelegd waarom deze partij het niet eens is met de uitspraak. Het hogerberoepschrift moet worden ingediend binnen 1 week na de dag waarop deze uitspraak is verzonden. Kan de indiener de behandeling van het hoger beroep niet afwachten, omdat de zaak spoed heeft, dan kan de indiener de voorzieningenrechter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State vragen om een voorlopige voorziening (een tijdelijke maatregel) te treffen.