ECLI:NL:RBDHA:2025:16877
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek om voorlopige voorziening in asielzaak met betrekking tot militaire dienstplicht en ex-partner
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 12 september 2025 uitspraak gedaan in een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoekster, die een asielaanvraag had ingediend, verzocht de voorzieningenrechter om te bepalen dat zij niet zou worden uitgezet totdat er op haar beroep was beslist. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat het bestreden besluit van de minister van Asiel en Migratie, dat de opvolgende asielaanvraag van verzoekster afwees als kennelijk ongegrond, niet meer ter beoordeling stond, aangezien er al een uitspraak was gedaan op het beroep met zaaknummer NL25.28580. Hierdoor was het verzoek om een voorlopige voorziening niet meer nodig en werd het verzoek als kennelijk ongegrond afgewezen. Tevens werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen hoger beroep of verzet open tegen deze beslissing.