Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 19 september 2025 in de zaak tussen
[eiser] , uit [woonplaats] , eiser
Inleiding
Overwegingen
Met betrekking tot het door eiser toegezonden herstelplan van 22 april 2024 overweegt de rechtbank mede dat ook het herstelplan is opgesteld en de intake heeft plaatsgevonden ver na de datum in geding. In dit verband is mede van belang dat niet is gebleken van psychische klachten bij eiser rondom de datum in geding. De verwijzing van de huisarts wijst niet op geobjectiveerde klachten of een behandeling rondom de datum in geding. Dat een vermoeden van depressie wordt benoemd in de brief van Het Rughuis maakt dit ook anders. In de brief wordt vermeld dat behandelaren het, in tegenstelling tot wat eiser stelde ter zitting, niet eens zijn geworden over de somatische symptoomstoornis en dat deze voornamelijk zou zien op de pijn. Ook wordt er geen behandeltraject geïndiceerd. Daarbij merkt de rechtbank op dat Het Rughuis een revalidatiecentrum is, de rechtbank kan zodoende de enkele benoeming dat niet duidelijk is of eiser depressief is zodoende niet beschouwen als een volwaardige psychische beoordeling nu niet gebleken is dat dit behoort tot de expertise van het centrum. Met enige beperkingen voor het persoonlijk en sociaal functioneren is reeds rekening gehouden in de FML.
Conclusie en gevolgen
Beslissing
mr. E.Th. Rietbroek, griffier. De uitspraak is uitgesproken in het openbaar op 19 september 2025.