Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.De bewijsbeslissing
19 februari 2024 in Den Haag in een achttal auto’s, die toebehoorden aan (rechts)personen die in de dagvaarding zijn vermeld, is ingebroken, telkens door middel van verbreking van een autoraam. In het geval van feit 3 is daarbij de identiteitskaart van de broer van de eigenaar, zijn rijbewijs, een ING pas en een bouwradio weggenomen. In dat geval is de diefstal dus voltooid. In de andere zeven gevallen (feiten 1, 2, 4, 5, 6, 7 en 8) is niets weggenomen of is het onbekend of er iets is weggenomen, zodat het in die gevallen bij een poging tot diefstal met braak is gebleven.
op dagvaarding 1bewezen dat:
,weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen en zich toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en die weg te nemen goederen onder zijn bereik te brengen door middel van braak,
dooreen ruit van die auto te verbreken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij in de periode van 13 februari 2024 tot en met 19 februari 2024 te 's-Gravenhage ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om enig goed, dat geheel aan [naam 2] toebehoorde
,weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen en zich toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en die weg te nemen goederen onder zijn bereik te brengen door middel van braak,
dooreen ruit van die auto te verbreken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij in de periode van 13 februari 2024 tot en met 19 februari 2024 te 's-Gravenhage een id-kaart en rijbewijs en ING-pas en een radio, die geheel aan [naam 3] of haar broer toebehoorden heeft weggenomen met het oogmerk om
diezich wederrechtelijk toe te eigenen, terwijl verdachte zich de toegang tot de plaats van het misdrijf heeft verschaft en die weg te nemen goederen onder zijn bereik heeft gebracht door middel van braak (door een ruit van de auto van die [naam 3] in te slaan);
hij in de periode van 13 februari 2024 tot en met 19 februari 2024 te 's-Gravenhage ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om enig goed, dat geheel aan [naam 4] toebehoorde
,weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen en zich toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en die weg te nemen goederen onder zijn bereik te brengen door middel van braak,
dooreen ruit van die auto te verbreken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij in de periode van 13 februari 2024 tot en met 19 februari 2024 te 's-Gravenhage ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om enig goed, dat geheel aan [naam 5] toebehoorde
,weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen en zich toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en die weg te nemen goederen onder zijn bereik te brengen door middel van braak,
dooreen ruit van die auto te verbreken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij in de periode van 13 februari 2024 tot en met 19 februari 2024 te 's-Gravenhage ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om enig goed, dat geheel aan [bedrijf] BV toebehoorde
,weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen en zich toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en die weg te nemen goederen onder zijn bereik te brengen door middel van braak,
dooreen ruit van die auto te vernielen, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij in de periode van 13 februari 2024 tot en met 19 februari 2024 te 's-Gravenhage ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om enig goed, dat geheel aan [naam 6] toebehoorde
,weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen en zich toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en die weg te nemen goederen onder zijn bereik te brengen door middel van braak,
dooreen ruit van die auto te verbreken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
hij in de periode van 13 februari 2024 tot en met 19 februari 2024 te 's-Gravenhage ter uitvoering van het door verdachte voorgenomen misdrijf om enig goed, dat geheel aan [naam 7] toebehoorde
,weg te nemen met het oogmerk om het zich wederrechtelijk toe te eigenen en zich toegang tot de plaats van het misdrijf te verschaffen en die weg te nemen goederen onder zijn bereik te brengen door middel van braak,
dooreen ruit van die auto te verbreken, terwijl de uitvoering van dat voorgenomen misdrijf niet is voltooid;
op dagvaarding 2bewezen dat:
4.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde
6.De strafoplegging
7.De vordering van de benadeelde partij/de schadevergoedingsmaatregel
8.De toepasselijke wetsartikelen
9.De beslissing
6 (ZES) MAANDEN;
6 (ZES) MAANDEN, niet zal worden tenuitvoergelegd onder de algemene voorwaarde dat de veroordeelde zich voor het einde van de hierbij op
twee jarenvastgestelde proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
240 (TWEEHONDERD EN VEERTIG) UREN;
120 (HONDERD EN TWINTIG) DAGEN;