ECLI:NL:RBDHA:2025:18466

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
7 oktober 2025
Publicatiedatum
7 oktober 2025
Zaaknummer
C/09/643839 / FA RK 23-1626
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verzoek tot gezamenlijk gezag ingetrokken, geen verdere beslissing mogelijk

Op 7 oktober 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak betreffende het verzoek om gezamenlijk gezag. De man, verzoeker, had eerder vervangende toestemming tot erkenning van de minderjarige gekregen, maar heeft op 31 juli 2025 zijn verzoek tot gezamenlijk gezag ingetrokken. De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat er pas definitief op het verzoek tot gezamenlijk gezag kan worden beslist nadat de erkenning tot stand is gebracht. Aangezien de man zijn verzoek heeft ingetrokken, concludeert de rechtbank dat er niets meer te beslissen valt. De beschikking is gegeven door mr. C.L. Strop, rechter en kinderrechter, en mr. I.E. Moerkerk-van Kersbergen als griffier, en is uitgesproken op de openbare zitting van 7 oktober 2025.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG
Enkelvoudige kamer
Rekestnummer: FA RK 23-1626
Zaaknummer: C/09/643839
Datum beschikking: 7 oktober 2025

Vervangende toestemming erkenning/omgang/informatie- en consultatie/gezag

Beschikking op het op 28 februari 2023 ingekomen verzoek van:

[de man] ,

verzoeker, hierna: de man,
wonende te [woonplaats 1] ,
advocaat: mr. W.N. Sardjoe te ’s-Gravenhage.
Als belanghebbende wordt aangemerkt:

[de moeder] ,

de moeder,
eerst wonende te [woonplaats 2] , nu wonende te [woonplaats 1] ,
advocaat: eerst mr. S. Oedayrajsingh Varma te Zoetermeer, nu zonder advocaat,

Procedure

Bij beschikking van 13 februari 2024 van deze rechtbank – voor zover relevant – is de man vervangende toestemming tot erkenning van de minderjarige [de minderjarige] verleend en is in afwachting van de akte van erkenning bepaald dat de beslissing op het verzoek tot gezamenlijk gezag pro forma wordt aangehouden tot 15 juni 2024.
De rechtbank heeft opnieuw kennisgenomen van de stukken, waaronder:
  • het F9 formulier van 25 juni 2025, met daarbij de akte van erkenning, van de man;
  • het F9 formulier van 31 juli 2025 van de man, houdende de intrekking van het verzoek tot gezamenlijk gezag.

Beoordeling

Zoals is overwogen in de beschikking van 13 februari 2024 kan de rechtbank pas definitief op het verzoek tot gezamenlijk gezag beslissen nadat de erkenning tot stand is gebracht.
Bij F9 formulier van 25 juni 2025 heeft de rechtbank de akte van erkenning ontvangen. Bij F9 formulier van 31 juli 2025 heeft de man zijn verzoek tot gezamenlijk gezag ingetrokken.
De rechtbank stelt gelet op het voorgaande vast dat er niets meer te beslissen valt.

Beslissing

De rechtbank:
stelt vast dat er niets meer te beslissen valt.
Deze beschikking is gegeven door mr. C.L. Strop, rechter, tevens kinderrechter, bijgestaan door mr. I.E. Moerkerk-van Kersbergen als griffier, en uitgesproken op de openbare zitting
van 7 oktober 2025.