ECLI:NL:RBDHA:2025:18679
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielaanvraag wegens verantwoordelijkheid Spanje
Op 8 oktober 2025 heeft de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Middelburg, uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening in het kader van een asielaanvraag. De verzoeker, vertegenwoordigd door mr. W.P.R. Peeters, had beroep ingesteld tegen een besluit van de Minister van Asiel en Migratie, dat de asielaanvraag niet in behandeling werd genomen omdat Spanje verantwoordelijk zou zijn voor de behandeling van de aanvraag. De voorzieningenrechter heeft op basis van artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting.
In de overwegingen van de uitspraak werd opgemerkt dat er eerder op dezelfde dag een uitspraak was gedaan in een andere zaak (zaaknummer NL25.42708) die betrekking had op het beroep van de verzoeker. Hierdoor was de noodzaak voor een voorlopige voorziening niet meer aanwezig, en werd het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. Tevens werd er geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door mr. E.F. Bethlehem, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. Ż.A. Meinert, griffier, en is openbaar gemaakt via een geanonimiseerde publicatie op de website van de rechtspraak. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.